De Nederlandse Cultuur en Europa
Voor de Groot-Kempische Cultuurdagen, die voor de twintigste maal op 9 en 10 juli jl. te Hilvarenbeek gehouden zijn - op de eerste dag bijgewoond door H.M. de Koningin, Z.K.H. de Prins der Nederlanden en enkele belangrijke autoriteiten - werd als thema gekozen: ‘De Nederlandse Cultuur en Europa’. Dit thema werd op zaterdagmiddag ingeleid door prof. dr. M. Lamberty van Vlaamse en door prof. dr. J.J. Poelhekke van Noordnederlandse zijde.
Z.K.H. Prins Bernhard der Nederlanden gaf vervolgens in een synthese van de beide inleidingen zijn eigen visie op het vraagstuk.
Het is ons een groot genoegen in dit nummer van ‘Neerlandia’ de teksten van deze inleidingen te kunnen aanbieden. Wij willen hier tevens getuigen van onze grote waardering voor de inrichters van de Groot-Kempische Cultuurdagen. Deze dagen zijn nu reeds 20 jaar een jaarlijks terugkerend trefpunt van Noord- en Zuidnederlanders, die op deze wijze uiting geven aan hun verlangens naar de integratie van Noord en Zuid. Voor de viering van dit lustrum had men geen beter thema kunnen kiezen. Immers, welke positie de Nederlandse cultuur in het grotere Europese geheel in de toekomst zal innemen, is een vraag, waarvan de beantwoording in belangrijke mate mede beslissend zal zijn voor de verdere ontwikkeling en het voortbestaan op de lange duur van een Nederlandstalige gemeenschap.
Het probleem van de verhouding tussen de gescheiden delen van de Nederlandse taalgemeenschap is hiermede nauw verbonden.
Wij hebben dit vraagstuk in dit blad reeds zo vaak uitvoerig behandeld, dat het niet nodig is er in deze korte inleiding nog verder op in te gaan.
Hilvarenbeek is een begrip geworden voor hen, die streven naar een integratie van Noord-Nederland en Vlaanderen. Moge dat in de komende jaren zo blijven.
Red.