[Nummer 1]
Kultuurraad voor Vlaanderen
Nog nooit is de belangstelling voor het Nederlands in en buiten Europa zo groot geweest als nu, hoe paradoxaal op het eerste gezicht deze vaststelling ook moge schijnen. Het stijgende economisch belang van Benelux in wereldhandel en -nijverheid is ondermeer een omstandigheid, die ongetwijfeld op deze ontwikkeling een gunstige invloed uitoefent. Anderzijds zijn te noemen de inspanningen van vele andere verenigingen en instellingen, die ergens al of niet uitdrukkelijk in hun doelstelling en al of niet bewust door hun eigen cultureel werk bijdragen tot de versterking van het Nederlands aanzien in de wereld. Ook de overheid, in tegenstelling met wat zij vorige eeuw als haar opdracht ten aanzien van taal en cultuur zag, heeft zowel in België als in Nederland, de laatste jaren zich ingespannen om de Nederlandse culturele aanwezigheid in de wereld duidelijker en consequenter te propageren.
Het Algemeen Nederlands Verbond predikt niet meer in de woestijn zoals dit bij zijn oprichting in 1895 ongeveer het geval was.
Op één van de belangrijkste instellingen willen wij speciaal de aandacht vestigen. De Kultuurraad voor Vlaanderen herdacht op 12 december ll. op feestelijke wijze zijn eerste lustrum (hierover elders in dit nummer; voor een uitgebreider beschouwing over deze instelling, zie ‘Neerlandia’, aug./sept. 1964). De K.R.V. heeft dit gedaan op een bijzondere wijze, namelijk door het instellen van twee vijfjaarlijkse onderscheidingen, waaraan elk een bedrag van 100.000 Belg. fr. of f 7.000, -. benevens een herdenkings - ‘juweel van Vlaanderen 1964’ was verbonden. Het heel bijzondere van deze onderscheidingen was wel dat zij werden ingesteld om twee personen te huldigen die zich speciaal hebben verdienstelijk gemaakt bij het verspreiden in den vreemde van de Nederlandse taal en cultuur. De eerste maal werden deze prijzen toegekend aan de te Parijs docerende Neerlandicus prof. dr. Pierre Brachin en aan de oud-gevolmachtigd minister voor de buitenlandse culturele betrekkingen van België, Zijne Excellentie Julien Kuypers.
Het A.N.V. drukt bierbij zijn grote waardering uit voor dit voortreffelijke gebaar van de Vlaamse Kultuurraad. Hierbij is duidelijk gedemonstreerd dat door inspanning en samenwerking van allen er in dit vlak iets blijvends gerealiseerd kan worden.
De culturele grens tussen België en Nederland wordt wel eens, en meestal terecht, als een hinderlijke barrière voor een goede samenwerking genoemd. Men kan het ook opvatten op de wijze als de Kultuurraad voor Vlaanderen het heeft gedaan: de tweeledigheid als een gelegenheid aangrijpen om nl. met verdubbelde middelen eenzelfde zaak te steunen!