Neerlandia. Jaargang 68

A.N.V. Nieuws

Kort verslag van de hoofdbestuursvergadering van 7 november 1964 in het oranje-hotel te Breda

Tot deze hoofdbestuursvergadering waren mede uitgenodigd afgevaardigden van alle afdelingen. De bijeenkomst werd door 34 personen bijgewoond. De voorzitter opende de vergadering met een bijzonder woord van welkom tot de afgevaardigden van de afdelingen die voor de eerste maal een hoofdbestuursvergadering bijwoonden. Het verslag van de hoofdbestuursvergadering van 21 maart 1964 werd na het aanbrengen van enkele aanvullingen goedgekeurd.

De reeds verleende goedkeuring van de nieuwe afdeling Noord-Brabant zal conform art. 21 van het huishoudelijk reglement in de notulen worden vastgelegd.

De voorzitter stelde hierna het belangrijkste agendapunt aan de orde, t.w. de samenstelling en de taak van het dagelijks bestuur. Ter inleiding van deze bespreking was tevoren door het dagelijks bestuur aan de hoofdbestuursleden en alle afdelingen een nota aangeboden. Verschillende afgevaardigden spraken hun waardering uit voor deze nota en tevens hun vertrouwen in het huidige dagelijks bestuur. De vergadering kon zich na een korte discussie ermee verenigen aan de eerstvolgende algemene verbondsvergadering voor te stellen een zevende lid aan het dagelijks bestuur toe te voegen. Tevens kon de vergadering instemmen met het voorstel van de afgevaardigde van de afdeling Noord-Brabant, als zevende lid voor te dragen de heer J.P.M. Meuwese, lid van het hoofdbestuur en de bekende promotor van de jaarlijkse Grootkempische cultuurdagen te Hilvarenbeek.

De vergadering was het er unaniem mee eens, dat ten aanzien van een nieuw te benoemen dagelijks bestuur een geleidelijke verkiezing de voorkeur verdient, zijnde het meest in overeenstemming met het verbondsbelang. Akkoord werd dan ook gegaan met het voorstel van het zittende dagelijks bestuur aan de algemene verbondsvergadering voor te leggen dat, in afwijking van het in januari goedgekeurde schema van periodiek aftreden, in 1965 verkiezingen zullen worden gehouden over drie mandaten en in 1966 eveneens over drie mandaten. Het is de bedoeling in februari 1965 een bijzondere algemene verbondsvergadering te houden, waarin voor bovengenoemde voorstellen de goedkeuring zal worden gevraagd.

In de bijzondere algemene verbondsvergadering zal tevens de goedkeuring worden gevraagd van de nog aangehouden verbondsbelangen, waarvoor in de vorige noofdbestuursvergadering reeds een voordracht voor daarvoor aan te wijzen hoofdbestuursleden werd opgesteld.

Over de binnenkort op te richten Stichting voor de Culturele Integratie van Noord en Zuid verstrekten enkele bestuursleden een toelichting. Voor nadere bijzonderheden moge worden verwezen naar het hoofdartikel in dit nummer. Enkele vragen over de samenstelling van het stichtingsbestuur werden beantwoord. De vergadering ging ermee akkoord dat het A.N.V. deel zal uitmaken van de oprichtende organisaties der stichting en wees voor de eerste maal als afgevaardigden van het Verbond in het stichtingsbestuur aan de heren Bicker Caarten en Fleerackers in hun hoedanigheid van eerste en tweede secretaris van het A.N.V.

De voorzitter noemde hierna een aantal activiteiten, waaraan het dagelijks bestuur in het komende jaar zijn bijzondere aandacht zal schenken. Het zal echter bij de uitvoering daarvan de steun van de andere hoofdbestuursleden, van de afdelingsbesturen en van de werkgroepen niet kunnen ontberen. Het ligt voorts in het voornemen zo spoedig mogelijk te komen tot het bijeenroepen van een studiebijeenkomst, gewijd aan de toekomst van het Verbond. Voor het realiseren van de verschillende plannen is versterking van de financiële positie een eerste vereiste.

De voorzitter sloot met een kort dankwoord de vergadering. Hij sprak daarbij de hoop uit, dat het Algemeen Nederlands Verbond uit de gerezen moeilijkheden sterk en dynamisch tevoorschijn zal treden.