Kroniek
Noord-Zuid
Groot-Limburgse dag
Voor de eerste maal namen Limburgers uit Nederland deel aan ‘de Limburgse Dag’, die voor de 12de maal werd gehouden, dit jaar te Zonhoven in het Maria Goretti-Instituut aldaar. Dit jaar kreeg deze dag dan ook de naam van Groot-Limburgse dag.
De deelnemers wensten zich te bezinnen over de noodzaak de cultuurgemeenschappen van Belgisch en Nederlands Limburg dichter bij elkaar te brengen, zo mogelijk zelfs te integreren.
Volgens ‘De Standaard’ werd deze bijeenkomst o.a. ook bijgewoond door de gouverneur van Belgisch Limburg, de heer Roppe, de burgemeester van Hasselt, Meyers, de voorzitter en de directeur van de culturele raad van Nederlands Limburg, de heren Goossens en mr. Dobbelstein, de heer Clem de Ridder, algemeen secretaris van het Davidsfonds, de Renier, voorzitter van het Davidsfonds, Midden-Limburg en vele andere vooraanstaanden uit het culturele leven in beide gemeenschappen. In een plenovergadering werden de besluiten, genomen tijdens de besprekingen van twee werkgroepen, een voor de jongeren en een voor de ouderen, voorgelezen.
Deze luidden:
De jongeren pleitten voor een intensief overleg onder de jeugdorganisaties van beide gouwen en kontakten via een toporgaan (kultuurraad), drongen aan op de gelijkschakeling van akten en diploma's in beide Limburgen en uit de weg ruimen van al hetgeen de bloei en de werking van de jeugdbewegingen kan remmen.
Voor de volwassenen kulmineerde het probleem zich rondom de noodzakelijkheid van de vorming van goede gespreksleiders en organisatoren die het maatschappelijke en kulturele leven in de verenigingen kunnen stimuleren en in goede banen leiden. Ook het voordeel van menselijke kontakten werd onderstreept.
De heer Wijnen van de Bond van de Nederlandse volksuniversiteiten hield een betoog voor de noodzakelijkheid van contacten tussen beide Limburgen op het culturele plan alsmede voor contacten tussen de individuen aan beide zijden van de Maas, waardoor beide Limburgen, zowel maatschappelijk als cultureel, één kunnen worden gemaakt. Van weerszijden werd aangedrongen op het oprichten van een Limburgs toneelgezelschap van beroepsacteurs dat steun zou dienen te krijgen van de overheid zowel in Noord- als in Zuid-Nederland.
De aan deze bijeenkomst verbonden tentoonstelling van Nederlandse schilderwerken werd geopend door de heer Goossens. Gouverneur Roppe verzekerde aan het slot van de Groot-Limburgse Dag dat het provinciale bestuur de culturele samenwerking tussen beide Limburgen van harte toegejuicht en deze ten zeerste zal bevorderen.