Neerlandia. Jaargang 68

Antwerpen - Stadhuis

A.N.V. Nieuws

Kort verslag van de Hoofdbestuursvergadering, gehouden op zaterdag 21 maart 1964 te Antwerpen

De voorzitter, de heer F. Koote, opende tegen 3 uur 's middags de vergadering, welke werd bijgewoond door de leden van het dagelijks bestuur, afgevaardigden van acht afdelingen, drie bestuursleden voor speciale verbondsbelangen, alsmede door dr. J.M. Jalink, die als gast was uitgenodigd.

Na een woord van welkom, waarbij de voorzitter er op wees dat het hoofdbestuur voor het eerst in zijn samenstelling krachtens de nieuwe statuten was bijeengeroepen, memoreerde hij de uitreiking van de Visser-Neerlandiaprijzen op 15 februari en de bijzondere algemene verbondsvergadering op 25 januari, die speciaal was samengekomen voor het verkiezen van de leden van het hoofdbestuur. In verband met de voortzetting van de bespreking over bepaalde verbondsbelangen die door daarvoor speciaal aan te wijzen hoofdbestuursleden zullen worden behartigd, was dr. J.M. Jalink - aan verscheidenen reeds bekend als lid van de redactie van ‘Neerlandia’ - op verzoek van het dagelijks bestuur aanwezig.

Overgaande tot de behandeling van de dagorde constateerde de voorzitter dat over het verslag van de hoofdbestuursvergadering van 23 november geen opmerkingen waren ontvangen, weshalve dit verslag is goedgekeurd.

Nadat de penningmeester enkele vragen had beantwoord, gaven de jaarstukken geen aanleiding tot verdere bespreking. Aan de algemene verbondsvergadering van 30 mei zal de goedkeuring van het geldelijk beheer over het boekjaar 1963 worden gevraagd.

Het ontwerp van een begroting voor het lopende verenigingsjaar werd goedgekeurd. De begroting zal aan de a.s. jaarlijkse algemene verbondsvergadering ter vaststelling worden voorgelegd.

Het ontwerp-jaarverslag 1963, waaraan toegevoegd een financieel overzicht van de penningmeester, gaf slechts aanleiding tot enkele kleine opmerkingen. Het verslag zal binnenkort aan alle verbondsleden worden toegezonden.

Voorafgaande aan de bespreking van de door de laatste algemene verbondsvergadering aangehouden verbondsbelangen, wees de plaatsvervangend voorzitter dr. jur. G.R. Piryns nog eens in een uitvoerig betoog op de noodzaak dat het bestuur in zijn werk terzijde wordt gestaan door leden, die op bepaalde terreinen, waarmee het A.N.V. geregeld heeft te maken, beter thuis zijn dan de leden van het dagelijks bestuur respectievelijk, afgevaardigden van de afdelingen. Het aantrekken van zodanige personen als lid van het hoofdbestuur kan het werk van het verbond alleen maar ten goede komen, waarbij het de bedoeling is dat deze gespecialiseerde hoofdbestuursleden contact opnemen en onderhouden met organisaties die reeds op het onderhavige terrein werkzaam zijn, teneinde van hun kennis en eventuele medewerking gebruik te maken. De behoefte daaraan is de laatste jaren steeds meer gebleken; zorgvuldig is nagegaan welke verbondsbelangen op dit ogenblik het aanwijzen van een speciaal hoofdbestuurslid wenselijk maken. Mettertijd kan hieraan naar behoefte uitbreiding worden gegeven. De vorige algemene verbondsvergadering heeft haar goedkeuring gehecht aan de benoeming van een viertal bestuursleden voor bepaalde belangen, terwijl de culturele betrekkingen met Noord- en Zuid-Nederlandse landgenoten overzee als verbondsbelang is erkend, zonder daarvoor nog iemand aan te wijzen.

Over enkele andere verbondsbelangen kon echter in de vorige vergadering nog niet tot overeenstemming

[p. 76]

worden gekomen; ook onder de toen aanwezige hoofdbestuursleden bleek geen eenstemmigheid te bestaan. Spreker zou het daarom op prijsstellen, indien in deze vergadering tot een eenstemmig voorstel zou kunnen worden gekomen.

Na enige discussie ging de vergadering er mee akkoord aan de a.s. algemene verbondsvergadering de goedkeuring te vragen voor de navolgende verbondsbelangen en voor de behartiging daarvan de daarbij genoemde personen als hoofdbestuurslid voor te dragen.

1.	De culturele betrekkingen met Nederlanders wonende in Duitsland - mr. G.H. Eskes wonende in Den Haag. De heer Eskes was als vertegenwoordiger van de Nederlandse Bond in Duitsland reeds vele jaren raadgevend lid in het verbondsbestuur.
2.	Nederlandse culturele aangelegenheden in overig West-Europa (excl. Frans Vlaanderen) - dr. J.M. Jalink wonende in Den Haag (gedoeld wordt op onderwerpen als de erkenning van het Nederlands als leervak op universiteiten en bepaalde scholen).
3.	De jongerencontacten tussen Noord- en Zuid-Nederland - dr. J. Lehembre wonende te Antwerpen, voorzitter van het jongerencontact Noord-Zuid.
4.	De inrichting van de Nederlandse congressen - dr. A.W. Willemsen wonende te Utrecht, tevens lid van het hoofdbestuur voor de redactie van ‘Neerlandia’.
5.	De culturele betrekkingen met de Nederlandstalige bevolking in Overmaas, - de heer J.J.H. Veltmans te Heer (Limburg).

Bij de bespreking van deze laatste betrekkingen werd van uit de vergadering gewezen op de belangen van de Vlamingen in Wallonië en van die in Noord-Frankrijk (excl. Frans Vlaanderen).

Wat betreft de eersten zal zeker contact moeten worden gezocht met de vereniging ‘Band’ in Namen. Aan de heren Joh. de Wit en André Demedts werd verzocht hierover rapport te willen uitbrengen.

Ten aanzien van de culturele betrekkingen met geëmigreerde landgenoten ging de vergadering er mee akkoord aan de algemene verbondsvergadering voor te stellen een lid van het bestuur van de vereniging ‘België in de wereld’ aan te zoeken in het hoofdbestuur van het A.N.V. de belangen van de Vlaamse emigranten te willen behartigen.

Als kandidaten voor de Commissie van Advies over het te voeren financieel beleid zullen aan de algemene verbondsvergadering worden voorgesteld:

Drs. Joris Denis, wonende te Antwerpen,

Drs. K. Griffioen, wonende te 's-Gravenhage,

de heer E.M. de Smet, te Amsterdam.

Aan de algemene verbondsvergadering zullen voorts enige voorstellen worden gedaan voor het instellen van een Adviesraad, overeenkomstig artikel 11 der statuten.

De vergadering kon zich er mee verenigen in enkele overzeese landen correspondenten van het A.N.V. aan te stellen en als zodanig een tweetal personen te benoemen, die zich reeds verscheidene jaren in het buitenland voor het A.N.V. verdienstelijk hebben gemaakt.

Bij de rondvraag vestigde één der aanwezigen de aandacht op het 70-jarig bestaan van het Algemeen Nederlands Verbond op 27 april 1965.

De vergadering ging akkoord met een voorstel van de penningmeester art. 15 van het huishoudelijk reglement in die zin te wijzigen, dat voortaan van de contributie van jeugdleden 25% aan de algemene verbondskas zal worden afgedragen ter bestrijding van een gedeelte der kosten voor de toezending van ‘Neerlandia’.

Tenslotte werd besloten een commissie in het leven te roepen welke een advies zal uitbrengen in verband met de voorgenomen opheffing van de stamboekerij op het verbondskantoor in Den Haag. Nadat nog enkele vragen waren beantwoord, sloot de voorzitter onder dankzegging om half zes de vergadering.