Maatschappijbelangen, maandblad van de Nederlandse Maatschappij voor Nijverheid en Handel, februarinummer 1964.
De Nederlandse ambassadeur in Bonn, Z.Exc. Mr. G.E. baron van Ittersum, merkte onlangs in een rede, gehouden voor het Departement van bovengenoemde Maatschappij in Amsterdam, over de culturele betrekkingen tussen de Bondsrepubliek Duitsland en Nederland, het volgende op:
‘Op het gebied van de culturele betrekkingen is ook positiefs te melden. Mijn ambassade, gesteund door de ministeries van Buitenlandse Zaken en Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, is in de Bondsrepubliek met een voorlopig nog bescheiden maar groeiend succes werkzaam om aan de inhoud van het tussen de Bondsrepubliek en Nederland gesloten cultureel akkoord vorm en vaart te geven.
Tentoonstellingen, lezingen, concerten, discussie-fora worden, hetzij individueel, hetzij in z.g. culturele weken georganiseerd; zo presenteerden wij in november 1963 in de oude universiteitsstad Marburg ons visitekaartje in de vorm van een 10-daagse “Begegnung mit den Niederlanden”, die een groot succes mag worden genoemd. Ik hoop zeer dat ook ons streven om de universitaire en de al in het arbeidsproces opgenomen jeugd van beide landen met elkaar in aanraking te brengen met goed gevolg mag worden bekroond; dit zal echter in sterke mate afhangen van de bereidheid tot medewerking van de Nederlandse jeugdorganisaties.’
Volksopvoeding, Nederl.-Belgisch Tijdschrift, 13e jrg. nr. 1, januari-februarinummer. Uitg. J.B. Wolters, Groningen. Dit nummer maakt melding van het uittreden uit de redactie van prof. dr. H.D. De Vries Reilingh, die plaats wil maken voor jongere medewerkers. Van dr. W. Verkade is een bijdrage opgenomen over ‘Decentralisatie en centralisatie in het culturele leven’.