Neerlandia. Jaargang 67

Kroniek

Nederland

Onze literatuur in het buitenland

In De Linie van 21 februari troffen we een artikel aan van de hand van E.H. Schuyer, die in een gesprek met de heer J.J. van Oversteegen, directeur van de ‘Stichting ter bevordering van de vertaling van Nederlandse letterkundige werken’, o.a. inlichtingen vroeg over een op initiatief van de Stichting in het leven geroepen uitgave in zestien delen van een Engelse ‘Bibliotheca Neerlandica’.

De heer Van Oversteegen wees er in dat gesprek op, dat de Stichting zich alle moeite heeft gegeven de moderne literatuur van Nederland en België vertaald te krijgen. Nagenoeg elke schrijver van enig belang is nu reeds in een of meer talen vertaald.

Er ontbrak nog een overzicht van de Nederlandse literatuur, m.a.w. een ontwikkelingsgang ervan. In deze behoefte zal binnenkort worden voorzien door de Engelse vertaling van Nederlandse werken tot aan 1940, de Bibliotheca Neerlandica. Dat ook aan de Belgische literatuur volle aandacht zal worden geschonken is te danken aan een daartoe gedaan verzoek door de Conferentie der Nederlandse Letteren. Het gevolg daarvan is o.a. dat niet alleen financiële steun wordt ontvangen van de Nederlandse regering en het Prins Bernhardfonds, maar ook van de Belgische regering.

Bij de keuze van de te vertalen boeken is ook rekening gehouden met een bepaald belang dat een te vertalen boekwerk voor het buitenland kan hebben. Men heeft geput uit de mystieke Nederlandse literatuur, de abele spelen, voor de zestiende eeuw is gedacht aan werken, die ook invloed hebben gehad op de schilderkunst (De Spaanse Brabander, van Breero, Trijntje Cornelisdr. van Huyghens), verder natuurlijk Vondel en Hooft. Van de Vlamingen, uit de periode 1880-1900, o.a. Walschap, Teirlinck, Elsschot, en een apart deel voor Streuvels en Timmermans. Werken van Mulisch, Marnix Gijsen, Du Perron, Vestdijk, Carry van Bruggen, Slauerhof, Ter Braak en Marga Minco zijn alle in vertaling verkrijgbaar.

De heer Van Oversteegen was zeer voldaan, dat bv. in Joegoslavië veel belangstelling bestaat voor onze literatuur en dat een klassiek boek als de ‘Camera Obscura’ daar zeer veel wordt verkocht.

Wij brengen hier gaarne hulde aan de Stichting voor haar initiatief en aan de leden van de selectiecommissie voor haar

[p. 49]

prachtige arbeid. Immers daardoor is het mogelijk geworden dat het beste van de Nederlandse en Vlaamse literatuur, een belangrijke facet van onze cultuur, onder de ogen komt van duizenden over de gehele wereld.

In de evengenoemde commissie zaten voor Nederland: Van Vriesland, Emmy Lokhorst, Stheeman en Brandt Corstius, voor België: Walschap, Manteau - de uitgever - Westerlinck en Indestege.

Red.

Stichting zilveren jeugdcentra

In Mededelingen van O.K. en W. van 18 febuari jl. is een artikel opgenomen over doel, werkwijze en andere gegevens van de Stichting Zilveren Jeugdcentra, in het leven geroepen door H.M. de Koningin en Z.K.H. Prins Bernhard, ter gelegenheid van hun 25-jarig huwelijksfeest. Prinses Beatrix en prinses Irene maken deel uit van de raad van advies. Twee terreinen: ‘Het Zilveren Schor’ in Zeeland en ‘De Hunneschans’ in de Veluwe, zijn o.a. daarvoor beschikbaar gesteld.

Wij volstaan met hier het doel nog eens te vermelden: het scheppen van mogelijkheden voor jonge mensen uit de gehele Nederlandse samenleving, ongeacht afkomst, politieke of godsdienstige overtuiging, ongeacht lichamelijke, maatschappelijke of - binnen zekere grenzen - geestelijke belemmeringen, tot ontmoetingen met elkaar èn met jongeren uit andere landen, opdat zij in deze ontmoetingen komen tot een beter verstaan en aanvaarden van zichzelf en anderen en tot een dieper besef van hun persoonlijkheid en gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor het samen leven op nationaal en internationaal niveau.

Nederlandse radio en het buitenland

Radio Nederland Wereldomroep

Blijkens een bericht in Het Vrije Volk van 9 februari heeft de heer Osashi Iida uit de Japanse stad Otsu in West Japan een ‘Luisterclub Radio Nederland’ opgericht, hoewel de Wereldomroep geen speciale Japanse uitzendingen op zijn programma heeft staan.

De heer Osashi Iida heeft op verzoek van de Wereldomroep een volledige lijst van zijn leden, compleet met adressen toegezonden. Deze club luistert naar de Engelse uitzendingen van de Wereldomroep bestemd voor Zuid-Azië en Australië. Het is voor de Wereldomroep wel om trots op te zijn, dat de Japanners, die uit vele radiostations, waaronder ook Amerikaanse, kunnen kiezen, een zo duidelijke voorkeur tonen voor Radio Nederland Wereldomroep.

Nederlandse radiotaallessen

Er blijkt een geweldige belangstelling te bestaan voor de Nederlandse taallessen in de Engelse programma's. Nadat in enkele uitzendingen de mogelijkheid werd bekendgemaakt onder voorwaarde dat tenminste 100 cursisten zich zouden opgeven, waren in een minimum van tijd de verlangde honderd cursisten geboekt.

Daarop ging bij de Wereldomroep ‘Dutch by radio’ van start. Eenvoudige taallessen in informatieve programma's over ons land, waarin aandacht wordt besteed aan toeristische aantrekkelijkheden, het Deltaplan en soortgelijke onderwerpen. Het genootschap voor taalwetenschappen in Den Haag verleent medewerking.

Na de eerste uitzendingen stroomden nieuwe aanmeldingen binnen uit Afrika, Australië, Engeland, India, Rusland (één echtpaar), Verenigde Staten en Zuid-Amerika.

Deze toeloop stelt de Wereldomroep voor onvoorziene problemen daar immers het ingezonden werk ook moet worden gecorrigeerd, waaraan een omvangrijke correspondentie is verbonden. Cursisten proberen in hun land contact op te nemen met Nederlanders op wie zij hun verworven kennis kunnen testen. Anderen wisselen bandopnamen uit, zodat hun uitspraak wordt verbeterd. Cursisten zoeken ook Nederlanders met wie zij op de band kunnen converseren.

Hieruit blijkt weer eens te meer welk een prachtig middel de radio is voor het onderling verkeer tussen de volken.

Groot-Kempische cultuurdagen te Hilvarenbeek

De Groot-Kempische Cultuurdagen te Hilvarenbeek zijn voor het jaar 1963 vastgesteld op zaterdag en zondag 20 en 21 juli.

Het thema voor deze dagen luidt: Kunst en Moraal.

8ste Zuidvlaamse kultuurdag

De 8ste Zuidvlaamse Kultuurdag wordt gehouden op 28 april in hotel ‘De Beurs’, Markt-Breda. Aanvang 11 uur. Sprekers zijn: de heren A. Deveyer, leraar in Hazebroek (Fr.) en F. Pittery over ‘Het Nederland onderwijs in Zuid-Vlaanderen’.

Voorzitter is Dr. P.C. Paardekooper.

Culturele betrekkingen met het buitenland

Vakantiecursussen voor Belgische docenten. Amsterdam 1963.

Op advies van de gemengd-technische commissie tot uitvoering van het Nederlands-Belgisch Cultureel Verdrag zullen dit jaar, voor de dertiende achtereenvolgende maal twee vakantiecursussen worden gehouden in de tot het gebouwencomplex van de Gemeente Universiteit van Amsterdam behorende Agnietenkapel, O.Z. Voorburgwal 231. De eerste vindt plaats van 3 t/m 18 juli voor Belgische leraren bij het middelbaar onderwijs, de tweede van 19 juli t/m 3 augustus voor Belgische onderwijzers.

Evenals vorig jaar zal de lerarencursus onder leiding staan van Prof. Dr. W.J.H. Caron, hoogleraar in de Nederlandse en oud-Germaanse taalkunde aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, de onderwijzerscursus staat onder leiding van Prof. Dr. A.A. Weijnen, hoogleraar in de Nederlandse en Indo-Germaanse taalkunde aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen. De technische organisatie van de cursussen berust in handen van het hoofd van het bureau Organisatie Congressen van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen.

De cursussen hebben ten doel zowel de Walen als de Vlamingen een indruk te geven van het onderwijs in Nederland en het culturele leven, ook in zijn historische achtergrond. Daartoe zullen vooraanstaande deskundigen op verschillend gebied een aantal voordrachten houden, terwijl enkele speciale leergangen de deelnemers in staat zullen stellen hun praktische kennis omtrent het gebruik van de Nederlandse taal en letterkunde te verrijken. De deelnemers aan de lerarencursus kunnen naar keuze deelnemen aan een sectie ‘geschiedenis en sociologie’ dan wel ‘taal en letteren’, daarnaast zijn in het cursusprogramma voordrachten opgenomen voor alle cursisten. Excursies, concerten en bezoeken aan culturele instellingen zullen ertoe bijdragen de cursisten een indruk te geven van de Nederlandse cultuur en van het sociale en economische leven hier te lande. Teneinde de deelnemers in staat te stellen het taalgebruik in de dagelijkse omgang te leren kennen en zich op de hoogte te stellen van de gewoonten en gebruiken in Nederland, worden zij in Amsterdamse gezinnen gehuisvest. Inlichtingen omtrent deze huisvesting zijn te verkrijgen bij het hoofd van het bureau Organisatie Congressen van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen te 's-Gravenhage, Nieuwe Uitleg 2, telefoon 185090, kengetal 070.

O.K.W.-Mededelingen nr. 8/9.

Lezingen over letterkundige tijdschriften

Het meer dan 100 jaar oude Haagse letterkundig genootschap Oefening kweekt Kennis organiseert dit seizoen lezingen over letterkundige tijdschriften.

In maart was de beurt aan ‘De Vlaamse Gids’.

Jan Walravens hield een korte inleiding

[p. 50]

over de geschiedenis van het tijdschrift dat met de ‘Dietse Warande en Belfort’ en het ‘Nieuw Vlaams Tijdschrift’ tot de drie belangrijkste Nederlandstalige literair-culturele periodieken van België valt te rekenen. Het tijdschrift werd opgericht in 1905 en heeft zich altijd gericht op een vrijzinnig-liberale lezerskring, daarbij het ideaal nastrevend in zijn kolommen het intellectuele leven in zijn meest ruime omvang aan het woord te laten, zonder zich aan enige bepaalde geestesrichting gebonden te achten. In de loop der jaren zijn o.a. in dit tijdschrift verschenen ‘Brieven’ van Multatuli, ‘Lijmen’ van W. Elsschot, toneelstukken van H. Claus, o.a. ‘De dans van de reiger’, ‘De Bezoeker’ van Ed. Hoornik.

Na deze inleiding las A. Vloemans een essay voor, gebaseerd op het oude verhaal van Abélard en Héloise, Karel Jonckheere liet enige gedichten horen uit zijn ‘Roemeense Suite’ en een prachtig gedicht ‘Kinderen met Krekelstemmen’. Hugo Raes las een nog onuitgegeven verhaal ‘De Wespen’ voor, gevolgd door de enige Noordnederlandse redacteur van ‘De Vlaamse Gids’, Pierre H. Dubois, die enige nog ongebundelde gedichten van hemzelf voorlas.

Tot slot een causerie door Willem Pelemans, medewerker aan de rubriek ‘Kanttekeningen’ van dit tijdschrift. Na afloop vond in het Beneluxhuis een door het Benelux-comité aangeboden ontvangst plaats.

De avond werd bijgewoond door de algemene voorzitter van het A.N.V. en twee bestuursleden van de Haagse afdeling.

F.K.