[Nummer 1]
Hoge Raad voor de Nederlandse Cultuur
Het is verheugend, dat de van 13 tot en met 15 dec. 1962 te 's-Gravenhage gehouden 12de Algemene Conferentie der Nederlandse letteren als eerste punt een algemene resolutie heeft aangenomen, waarin zij, overeenkomstig de belangrijkste suggestie, die de Gemengde Technische Commissie in haar rapport van enkele maanden geleden heeft gedaan, aan de regeringen vraagt een gemeenschappelijke Raad voor de Nederlandse taal en cultuur in het leven te roepen (zie voor de tekst van de resoluties elders in dit nummer).
De twee bilaterale instellingen, die de Nederlandse en de Belgische regeringen van advies dienen inzake de problemen, die de gemeenschappelijke Nederlandse cultuur betreffen, zijn dus voorstanders van de oprichting van een Hoge Raad voor de Nederlandse cultuur. De regeringen kúnnen nu nauwelijks meer een afwijzend standpunt innemen.
Er is echter één gevaar en wel, dat de zaak op de lange baan geschoven wordt. De Belgische regering zal huiverig zijn om zich vast te leggen, als van Franstalige zijde gewezen wordt op het zogenaamde gevaar van het ‘pannéerlandisme’. Sommige Franstalige bladen schrijven reeds in deze geest, al is er nog geen sprake van een werkelijke campagne. De Nederlandse regering zal er dan - dat is een reactie die men zonder meer kan voorspellen - omwille van de goede verstandhouding de voorkeur aan geven bij de Belgische niet al te veel aandrang uit te oefenen. Dat de algemeen-Nederlandse integratie een strijdpunt in de politieke arena van de Vlaams-Waalse verhoudingen wordt, moet bepaald niet uitgesloten geacht worden, gezien tenminste de emotionele en irrationele benadering van de taalkwestie in België zelf door vele vooraanstaande Franstaligen.
Enerzijds is het dus zaak dat Noordnederlandse en Vlaamse bladen, organisaties en politici de nodige aandrang uitoefenen op de regeringen om de zaak niet uit te stellen, anderzijds is het noodzakelijk de Franstaligen op een nuchtere wijze onder ogen te brengen, dat een algemeen-Nederlandse integratie niet strijdig is met hun belangen, ja zelfs, dat in Beneluxverband de betrekkingen tussen de Nederlandse en Franse cultuurgemeenschappen door die integratie op een gezondere basis worden geplaatst. Wat dit laatste betreft, lijkt een belangrijke taak weggelegd voor de Noordnederlandse en Vlaamse leden van de Beneluxraad.