Prof. Despicht in Rijsel gehuldigd
Zondag 21 september was een ware feestdag voor de oud-hoogleraar in de Nederlandse Taal- en Letterkunde aan de katholieke universiteit te Rijsel Prof. Despicht, die op deze dag zijn zestigjarig priesterjubileum vierde.
In de eerste plaats werd hem door de heer Gantois, die namens oud-studenten en vrienden sprak, het erediploma van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden overhandigd, als blijk van waardering voor al wat de jubilaris voor de Nederlandse cultuur in Frans-Vlaanderen heeft gedaan.
De pas gestichte en door prof. Despicht ten doop gehouden vereniging ‘De Vlaamse Vrienden in Frankrijk’ bood hem bij monde van dr. J. Klaas de beste wensen aan.
Velen voerden bij deze feestelijke huldiging het woord en eerden hem als oprichter van het Vlaams hoger onderwijs in Frans-Vlaanderen, als volksschrijver, bezieler van de Zuid-Vlaamse congressen en cultuurdagen, ook als geestelijke, zijnde ‘de trouwste onder de trouwen’.
Als tolk van de germanisten loofde prof. dr. Grengg uit Graz de 88-jarige ervaren beoefenaar van de vergelijkende taalkunde, die niet minder dan twaalf talen machtig is.
Mr. dr. Van den Driessche bracht op geestige wijze eigen herinneringen aan de leergangen van prof. Despicht; de heer L. Hoex, die ons een verslag van deze huldiging toezond, stelde hem als voorbeeld van ‘eerbied voor onze taal’ en de heer L. Demey belichtte pittige kanten van zijn persoonlijkheid en van zijn werk.
Maar ook de Vlamingen van Belgische afkomst in Frans-Vlaanderen vonden in de heer Bert Arents een vertolker van hun gevoelens van erkentelijkheid voor al wat prof. Despicht deed ter verdediging van de gemeenschappelijke Vlaamse belangen.
Wetenschappelijk Vlaanderen eerde de grijze geleerde bij monde van prof. dr. W. Pée uit Gent; dr. J. Weyns schetste hem als de heemkundige, die door zijn talrijke bijdragen over de Frans-Vlaamse streek en zijn vele geschriften ‘Uit het volk, voor het volk’ het erfdeel van gans de Nederlanden verrijkte en diende.
In een roerende brief herinnerde mevrouw de weduwe Vital Celen aan de banden van vriendschap tussen, ‘de grote vriend van Frans-Vlaanderen’, wijlen haar man prof. dr. V. Celen en zijn Rijselse kollega.
Mr. dr. H.P. Schaap uit Assen herinnerde er aan, dat prof. Despicht zijn leven lang de ene en onverdeelbare ‘Nederlandse cultuur van de Dollard tot de Somme’ heeft bestudeerd en verdedigd.
Uit het verre Zuid-Afrika kwam zelfs een groet van dr. W.J. Nijgh uit Kimberley, lid van de Suidafrikaanse Akademie vir Wetenskap en Kuns, die onderstreepte hoe prof. Despicht zich altijd heeft beziggehouden met de verwantschap tussen het Afrikaans en de volkstaal in de Westhoek.
De heer J. van Terhoudt, student in de geneeskunde, prees in de jonggebleven voorman prof. Despicht de man, die de opkomende geslachten voortdurend aanwakkerde, uitgaande van de gedachte, dat een beweging, die de jeugd mee heeft, ook de toekomst bezit.
De toespraken werden onderbroken door een uitvoering door koor en orkest van ‘De Avondklokke’, een door Max Dumoulin getoonzet gedicht van Despicht.
Op dit huldigingsfeest werd ook door ‘Het Landjuweel’ verslag uitgebracht over de dit jaar gehouden wedstrijden in de Nederlandse taal en letterkunde en werden prijzen uitgereikt voor gedichten, proza, geschiedenis, volkskunde en vertaling.
Het bestuur van de ‘Vlaamse Vrienden in Frankrijk’ bood de jubilaris het eerste exemplaar aan van een volksuitgave voor de Westhoek, ontleend aan ‘Uit Tisje Tasjes Korf’, een uitgave, die prof. Despicht in de jaren 1900 tot en met 1914 verzorgde.
Voorts ontving prof. Despicht een oorspronkelijke uitgave van Dodoen's ‘Cruydtboeek’ te Leiden, door de Frans-Vlaming Van Ra velingen indertijd uitgegeven. Een met grote vreugde aanvaard geschenk, omdat prof. Despicht van jongs- af grote liefde voor de plantkunde toonde.
Tenslotte dankte de gehuldigde zeer geroerd zijn leerlingen en volgelingen voor de geuite hartelijke gevoelens; hij beloofde zijn laatste krachten aan de dienst van Vlaanderen te zullen blijven wijden.
Deze eerste betoging van ‘De Vlaamse Vrienden in Frankrijk’ laat het beste verwachten van de herboren Vlaamse beweging in Frans-Vlaanderen, een beweging, die wel eens onderbroken, maar nooit gebroken is geweest.