Een Emiel Hullebroecknummer van de Vlaamse toeristenbond
In ons maart-nummer hebben we een kort artikel gewijd aan Emiel Hullebroeck, ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag. Deze populaire volksliederencomponist is op 20 februari 1878 te Ledeberg geboren. De Vlaamse Toeristenbond, bekend om zijn grote belangstelling voor alles wat ligt in het culturele vlak in Noord- en Zuid-Nederland, deed van deze belangstelling herhaaldelijk blijken door het uitgeven van nummers, gewijd aan bijzondere gebeurtenissen of bijzondere personen, en heeft op 1 september een Emiel Hullebroeck-nummer laten verschijnen.
In dit - met vele goede foto's van de tachtigjarige verluchte - nummer wordt teruggezien naar zijn studententijd, toen hij reeds als dirigent van kleine zangverenigingen 's zondags naar boerenfes- tivals trok. Dan sticht hij zijn Gents- A-Capella-koor (1899), dat tot aan de eerste wereldoorlog in Vlaanderen, maar ook daarbuiten, grote waardering vond. Bij het uitbreken van de oorlog in 1914 had Hullebroeck niet minder dan 400 trofeeën, die zijn studentenkamer sierden.
1 januari 1922 richtte hij het Vlaams muzikaal tijdschrift ‘Muziekwarande’ op en offerde daaraan tien jaar lang zijn tijd en zijn geld. In het afscheidswoord schreef hij o.a.: ‘Arm, achterlijk Vlaanderen, dat nog niet in staat blijkt één enkel muziektijdschrift in leven te houden’.
Dit tijdschrift moge dan zijn ten onder gegaan, maar nu nog raadplegen studenten en anderen, die zich met Vlaamse muziek bezighouden, geregeld Hullebroeck's Muziekwarande.
Een verzameling van Hullebroeckzangen heeft de wereldberoemde firma His Masters Voice op de plaat vastgelegd. De prachtige baritonstem van Renaat Verbruggen, begeleid door Hullebroeck zelf, waarborgen een uitmuntende kwaliteit en stijl.
In zijn liederen heeft Hullebroeck altijd gestreefd naar veredeling van het Vlaamse volk, Vlaams cultuurgewin en Vlaamse verheerlijking. Geest en ideaal hebben hem hierbij geleid.
Zijn kunst is, aldus dr. Pieter Nuten, wetenschappelijk bibliothecaris van het Vlaamse Konservatorium, een openbaring van verbeten strijd om vrijheid en recht, van offervaardigheid, van werklust, durf, koppigheid, onwankelbare overtuiging, edelmoedigheid, huiselijk geluk en gezonde liefde, ontroering, vreugde en pijn, godsdienstigheid, kulturele pracht, begeestering enz., m.a.w. zijn kunst is geen weerspiegeling van een eenzijdige belangstelling, doch getuigenis van een polivalent idealisme. Uit die vaak eenvoudige kunst zijn gensters (vonken) ontsprongen welke, bij verschillenden, een gans levensideaal gloedvol in brand hebben gestoken!
Een artikel van Ernst Claes, opgedragen aan Emiel Hullebroeck, de tachtiger, waarin menige herinnering aan deze grondlegger van de Vlaamse volkszang werd verwerkt, eindigt als volgt: ‘Emiel Hullebroeck, hoogstaand kunstenaar en levenswekker, goede en eenvoudige mens, trouwe en hulpvaardige vriend, Vlaanderen is U dankbaar!
Prof. dr. Floris van de Mueren huldigt Hullebroeck als de volkszanger, die gegrepen werd door de Vlaamse kulturele her wording in de jaren 1905-1935 en die veel heeft bijgedragen tot de herleving van het nationaal bewustzijn van het Vlaamse volk.
Willem de Meyer schetst de plaats van Emiel Hullebroeck ten opzichte van de Vlaams-nationale zangfeesten.
Het Hullebroecknummer bevat voorts nog artikelen over de stichting en uitbouw van een nationale auteursmaatschappij ‘Navea-Sabam’, over Hullebroeck als leeraar en pedagoog en Hullebroeck als de barmhartige Samaritaan, de altijd gevende, hetzij met zijn kunst (denken we aan de Belgische vluchtoorden in Nederland, waar hij geregeld de zo nodige opmontering bracht), hetzij op andere wijze.
Een goed nummer over een goed mens en een grote, bezielende kunstenaar.