Jaarlijkse autotocht van afdeling Brussel
Een vijfentwintigal leden van de afdeling Brussel nam deel aan de jaarlijkse cultuurtocht die, jammer genoeg, niet met het verhoopte zonnige weer begiftigd werd.
Al heel vroeg in de ochtend namen de gegadigden plaats in de gerieflijke bus die hen over Leuven en Aarschot naar Diest zou brengen. Van het korte oponthoud aldaar werd door sommigen gebruik gemaakt om de prachtige Gothische Sint-Sulpitiuskerk (waar de jongste zoon van de Zwijger, prins Filips-Willem, begraven ligt) of het typische geboortehuis van de Vlaamse Heilige Johannes Berchhmans te bezichtigen.
De volgende halte had plaats te Borgloon, waar de heer Bellefroid, afgevaardigde van de Vereniging voor Vreemdelingenverkeer, het reisgezelschap opwachtte en bij een bezoek aan het 17-eeuws Raadhuis en de Burchtheuvel, die reeds door de Romeinen als steunpunt voor de verdediging van de nabijgelegen grote heirbaan werd gebruikt, allerlei wetenswaardige bijzonderheden wist te vertellen over de bewogen geschiedenis van het aloude graafschap Loon.
Nadat de secretaris van afdeling Brussel een hartelijk dankwoord had gericht tot de heer Bellefroid, voor diens leerrijke rondleiding, werd de tocht voortgezet over Tongeren en Riempst, om van daar uit langs schilderachtige binnenwegen over Eben-Emaal en Kanne op het middaguur Maastricht te bereiken, waar in het koffiehuis ‘De gouwe Poort’ een afvaardiging van de afdeling Zuid-Limburg onze komst verbeidde.
In de bovenzaal van dit koffiehuis had een kort gezellig samenzijn plaats, tijdens hetwelk de heer J. Notermans, voorzitter van de afdeling Zuid-Limburg, een hartelijke welkomstgroet tot de Brusselse reisgenoten richtte, en hen een prettige verdere reis in het mooie Limburg, liefst met wat zon overgoten, toewenste.
Er volgde nog een wederwoord van de secretaris van de afdeling Brussel, die de bestuursleden van afdeling Zuid-Limburg bedankte voor het gulle onthaal, en de hoop uitsprak binnen niet al te lange tijd een tegenbezoek te Brussel van leden uit Maastricht en omgeving te mogen verwachten. Terloops herinnerde hij eraan dat de onlangs overleden voorzitter van afdeling Brussel, mr. Thelen, een geboren Maastrichtenaar was, en dat de Limburgse trouw en standvastigheid bij hem nooit een ijdel woord was geweest.
Na het gebruik van het middagmaal werd van Maastricht, over Margraten, naar Valkenburg gereden. Jammer dat juist daar, in dit prachtig gelegen rusten vakantieoord het weer op zijn slechtst was, en de deelnemers tijdens het oponthoud door aanhoudende regenbuien werden verrast.
Van de heerlijke vergezichten tussen Valkenburg en de Belgische grens, en verderop tussen Aubel en Wezet ging natuurlijk door de grauwe en betrokken lucht, veel verloren. In dit laatste stadje, schilderachtig aan de Maasoever gelegen, kwam het zonnetje eindelijk door de wolken kijken, nu het mooiste gedeelte van de reisroute achter de rug lag.
Door de rustige dorpen van de Jekervallei ging het nu naar Tongeren en van daar naar Sint-Truiden. Op de uitgestrekte Markt stapten de deelnemers nog even uit de bus om de benen te strekken of aan een koffiehuis-terras een laatste biertje of koffie te gebruiken.
Inmiddels was de avond ingevallen, en in een versneld tempo werden de ± 65 km afgelegd, die ons nog van de hoofdstad scheidden. Omstreeks half tien was het gezelschap veilig en wel te Brussel beland, na een weliswaar gedeeltelijk verregende tocht, maar die toch aan gezelligheid, verbroederingsgeest en cultureel genot niets te wensen overliet.
M.v.G.