Het gebruik van de Engelse taal
EEN TYPISCH VOORBEELD van het opgaan van immigranten in de Australische samenleving vond ik in publikaties voor en door Nederlanders in de Engelse taal, in het bijzonder in de maand- of weekbladen van Nederlandse of Nederland-Australische verenigingen.
Onder de Nederlandse immigranten o.a. in Sutherland Shire was indertijd een belangrijke stroming om het gebruik van Engels in woord en geschrift in de Nederlandse gemeenschap te weren, omdat het de Nederlandse sfeer, het Nederlands karakter op den duur zou wegnemen.
Thans, vier jaar later, doet zich het verschijnsel voor van tweetaligheid en zelfs van ééntaligheid - het Engels - zonder dat er protesten worden gehoord. Niet alle verenigingen voeren een dergelijke vooruitstrevende politiek, maar tenslotte zal geen enkele vereniging daaraan kunnen ontkomen.
De Australisch-Nederlandse vereniging in Newcastle (Nw. Zd. Wales) heeft, onder leiding van voorzitter L. Kloos en secretaris A. Schilling, getoond een voorbeeld te durven stellen, door haar maandelijks verenigingsorgaan in twee talen, Nederlands en Engels, te laten verschijnen, met het vooropgezette doel de samensmelting te bevorderen.
Een voetbalclub in Narrabeen (Nw. Zd. Wales) onder leiding van Bill Chevallerau en Mark van der Zwaag, laat haar tweewekelijks orgaan uitsluitend in het Engels verschijnen, omdat er zoveel jongelieden zijn, die het Nederlands niet geheel of niet meer zo goed begrijpen. Wij voor ons betreuren het besluit dier vereniging, maar men moet niet uit het oog verliezen, dat het gebruik van twee talen de kosten van een maand- of weekblad, ook al is het slechts gestencild, belangrijk verhoogt, doordat de omvang van het blad onvermijdelijk groter moet worden.