Herman Teirlinck over toneel
Voor een aandachtig gehoor van vele ingewijden heeft de Vlaamse letterkundige dr. Herman Teirlinck eind oktober op uitnodiging van de afdeling Amsterdam van het comité van Belgisch-Nederlands-Luxemburgse samenwerking in de aula van de gemeente-universiteit het woord gevoerd over het onderwerp ‘prioriteit van het spel’.
De voorzitter van de afdeling Amsterdam prof. dr. A. Pitlo leidde dr. Teirlinck in. De voorzitter verwelkomde bovendien de consul-generaal van België te Amsterdam, de heer L. Borremans en vertegenwoordigers van het ministerie van O.K. en W. en van de gemeente.
De 78-jarige dr. Teirlinck, die eredoctor van de gemeentelijke universiteit is en die indertijd als eerste de Belgisch-Nederlandse prijs voor literatuur heeft ontvangen, gaf uitvoerig zijn zienswijze weer op het huidige westerse toneel, zoals hij dit heeft geschreven in zijn boek ‘wijding van een derde geboorte’. Hij betoogde, dat niet de toneelschrijver, doch de acteur de waarlijk dramatische kunst maakt. Hij ging daarbij uit van de zijns inziens zuiverste vorm van toneel uit de middeleeuwen, toen deze kunst voor een groot deel improvisatie was. Het toneel zelf maakt het stuk, niet de literariteit van de auteur. Bij de opleiding zal daar vooral de aandacht aan moeten worden besteed.
(Het Vaderland)