Herdenking van de Gulden Sporen Slag
In de Grote Sociëteit te Maastricht heeft het Algemeen Nederlands Verbond in samenwerking met V.E.L.D.E.K.E. en de B.E.F. een openbare vergadering belegd, ter herdenking van de Gulden Sporen Slag.
De voorzitter van de afd. Zuid-Limburg van het Algemeen Nederlands Verbond, de heer Drs Jef Notermans, opende deze vergadering en noemde hierbij twee figuren uit Maastricht (?), die zowel regionaal, nationaal, als europees gezien een grote betekenis hebben gehad, namelijk de H. Servatius en Willem van Gulick, Proost van het kapittel van St. Servaas. Drs. J. Hansen sprak over ‘Regionalisme, nationalisme en internationalisme’. Hij behandelde eerst het in regeringsopdracht ontstane ‘rapport Roukens’, dat handelde over staatkundige vorming en regionalisme, de verschillende regionalistische bewegingen in ons land, waarbij hij de nadruk legde op de kwestie ‘Overmaas’.
De oplossing hiervan zag hij in het contact tussen Belgischen Nederlands Limburg in de vorm van Limburgse cultuurdagen.
Het rijksgebied van Nederland moet zich gaan richten op het natuurlijk vaderland zoals Belgisch-Limburg, Brabant en Vlaanderen, om zo tot een nationalisme te komen, dat de enige gezonde basis is voor een internationalisme, dat de B.E.F. beoogt.
En daarom dient bij voorbeeld een V.E.L.D.E.K.E.-kring verder te streven dan haar plaatselijke vorm en een B.E.F. zich niet in het luchtledige te verliezen en een regionalisme over het hoofd te zien.
Na de pauze droeg Ton Schreuder enkele gedichten voor, die ill verband stonden met de Gulden Sporenslag, o.a. ‘De Leeuwen dansen’ van Guido Gezelle en gedichten van Anton van Duinkerken en Reninca.