** Zo moet het toch niet, dunkt me
HOUDT 10 SEPTEMBER VRIJ
VOOR
NEERLANDIA-DAG
IN
DEN HAAG
*
HET ZAL EEN ONVERGETELIJKE DAG WORDEN
*
Voorlopig programma:
Ochtend-rondrit door Wassenaar,
de tuin van Holland
Noenmaal in Restaurant Boschlust
aan de rand van het Haagse Bos
met uitzicht op de Hertenkamp
Middagrit in gemakkelijke Pullmanbussen
door Oud- en Nieuw Den Haag
Bezichtigd worden onder meer
het Binnenhof,
de Ridderzaal,
de Rolzaal,
de Binnenstad,
de buitenwijken van Den Haag
met haar moderne woon- en
kantoorgebouwen
Vervolgens naar Scheveningen
langs Boulevard en vissershaven
Daarna gezamenlijke maaltijd in het moderne
aan de Boulevard gelegen
Hotel Savoy
*
Onze uitnodigingen, vergezeld van het uitvoerige programma kunt U in de loop van Augustus tegemoet zien
Het wil mij voorkomen, dat vrijheid een groot goed is, mits het gebruik maken van die vrijheid gepaard gaat met een sterk besef van verantwoordelijkheid. Zo genieten wij in ons land de vrijheid van drukpers en persoonlijk beschouw ik die nog steeds als een der belangrijke voordelen van de democratie. Met huiver kunnen wij, als Nederlanders terugdenken aan de tijd, toen de censuur een knellende band was, waardoor het niet mogelijk was gedachten aan het papier toe te vertrouwen.
Ik hoop, dat een dergelijke tijd nimmer terugkeert en dat we gespaard mogen blijven voor een gemuilbande pers.
Evenmin heb ik het begrepen op al te vaak toegepaste repressieve maatregelen. Wanneer de rechterlijke macht hier moet ingrijpen - en ik kan mij volkomen indenken, dat zulks in een rechtsstaat nodig kan zijn, dan is er toch iets niet in de haak. Wie schrijft heeft m.i. niet alleen te letten op wat hij schrijft, maar ook hoe hij schrijft. En vooral dat laatste wordt minder in acht genomen, dan mij lief is.
In de laatste tijd komen mij meer dan eenmaal stukken onder het oog, waarvan ik moet zeggen, nu heeft de schrijver wel gelijk, maar waarom moet het zo scherp, zo op het kantje af gezegd worden.
Zo las ik een dezer dagen een klein artikeltje in een veelgelezen weekblad, dat door mij zeer gewaardeerd wordt. De naam van het blad doet niets ter zake. Het gaat hier niet om dit of dat orgaan; het gaat om een symptoom, dat ik toch even wil vermelden.
Het stukje had betrekking op een bepaalde en bekende wijziging in de Amerikaanse politieke gezindheid. Natuurlijk gaan we daar niet verder op in. Het A.N.V. blijft buiten alle politiek.
Maar wel heb ik mij enigermate gestoten aan het volgende. Het blad is niet te spreken over een bepaalde groep Nederlanders en drukt die ontevredenheid als volgt uit:
- die afschuwelijke troep Nederlanders die onder aanvoering van een onnozele landmeter, die met pathologische hoogmoed het bewind in ons land dorst uit te oefenen, een beleid heeft gevoerd, waarvan het misdadige karakter steeds duidelijker in het licht treedt. -
Nog eens over de zakelijke inhoud laat ons maandblad zich niet uit. De juistheid of onjuistheid moet maar door anderen worden uitgemaakt.
Ons deert alleen de vorm.
Men kan zich niet onttrekken aan de gedachte, dat hier harde dingen in te harde woorden zijn weergegeven.
Ik acht dit jammer en te betreuren. Dat iemand ronduit zijn mening zegt en die door de drukpers tot algemeen goed maakt, kan ik volkomen begrijpen.
Maar niet kan ik begrijpen, dat iemand daarbij verzuimt de nodige zelftucht in acht te nemen en een harde waarheid in een goede vorm wereldkundig maakt.
Het is niet alleen het gerecht dat opgediend wordt, dat beslissend is voor onze waardering; maar ook de wijze waarop het ons wordt voorgezet. ‘Gouden appelen’, ja, maar op ‘zilveren schalen’.