schrijdt. Dat de rassen op drift zijn. Dat de Westerse cultuur, die ook de Zuid-Afrikaanse cultuur heeft gevoed en nog voedt, in gevaar is.
Maar destemeer zal het zaak zijn voor hen, die dragers dezer cultuur zijn, zich voor de vragen, die er in de strijd der geesten zijn, te interesseren.
Dat vordert belangstelling; daarna studie en vervolgens het critisch bepalen van zijn standpunt.
Het is goed, dat Ds Gravemeyer daarop heeft gewezen.
Ook al zou zijn stem zijn als van één die in de woestijn roept.
Steeds weer moet ons volk, het volk van Nederland, wakker worden geschud.
Het is de tijd van de leuzen.
Die hebben haar invloed op de massa.
Men denkt niet meer; men laat voor zich denken.
Men oordeelt, voordat men alle gegevens heeft om te oordelen.
De oppervlakkigheid tiert op ieder terrein.
En men bepaalt houding en levensgang niet naar eigen overtuiging, maar door weerloos zich over te geven aan hen, die hun onverantwoordelijk spel met een oppervlakkig denkende massa spelen.