Neerlandia. Jaargang 56

Haarlem en omstreken

Lezing met films over Zuid-Afrika

De Haarlemse afdelingen van de Nederlands-Zuid-Afrikaanse Vereniging, het Algemeen Nederlands Verbond en de Koninklijke Vereniging ‘Oost en West’ hebben 14 Maart een bijeenkomst belegd, waarin de heer H. Bloem, bureauleider van de eerstgenoemde vereniging, een lezing hield over Zuid-Afrika. De spreker gaf een beschouwing over de betekenis van de komende Van Riebeeckfeesten in Zuid-Afrika en schetste het baanbrekende werk, dat deze historische figuur, die eens chirurgijn was bij de Oost-Indische Compagnie, in Zuid-Afrika heeft verricht. Hij en zijn vrouw, van wie spreker een karakterschets gaf, hebben naar hij zeide ‘in dit zwarte werelddeel een blanke gemeenschap gesticht, welke is blijven staan als een rots in de branding’.

Sprekende over de immigratiekansen in Zuid-Afrika zeide de heer Bloem, dat geschoolde werkkrachten er welkom zijn. Maar omdat het werk voor ongeschoolden in Zuid-Afrika verricht wordt door inheemsen, die er hun bestaan in vinden, hebben ongeschoolde immigranten er niet veel kans. ‘En’, zo vervolgde spreker, ‘nu vooral de laatste jaren Zuid-Afrika wordt uitgekreten voor een land, dat de zwarten onderdrukt, is het belangrijk te weten, dat aan zijn grenzen de zwarten zich verdringen om werk te vinden in het land, waar ze dan zogenaamd worden onderdrukt’. Na zijn lezing beantwoordde de heer Bloem verscheidene vragen over de immigratie-mogelijkheden naar Zuid-Afrika, waar hij kort geleden zelf enige tijd is geweest.

Na de pauze werden twee films over het besproken land vertoond. De eerste, ‘Kleurrijk Zuid-Afrika’, die voor toeristische doeleinden is vervaardigd, bevat voortreffelijke opnamen van de steden, de stranden en het landschap. In het bijzonder de Tafelberg en het Krugerwildreservaat trekken hierin de aandacht. De tweede rolprent, waarvoor Kurt Baum het scenario schreef, gaf een overzicht van de kolonisatiegeschiedenis.

Lezing over Vincent van Gogh

In een der zalen van restaurant Brinkmann hield de Heemsteedse letterkundige Mr De la Faille een lezing met lichtbeelden over de persoon en de kunst van Vincent van Gogh, voor leden van de afdeling Haarlem en omstreken van het Algemeen Nederlands Verbond. Mr De la Faille noemde Van Gogh onze grootste moderne schilder, wiens kunst tijdens zijn leven werd miskend.

Voordat Vincent van Gogh zich geheel aan de kunst wijdde, was hij onder meer werkzaam in de kunstwinkel van zijn oom, eerst in Den Haag, later in Parijs. Hij was enige tijd een der vurigste werkers in de zending in de Borinage. Hij kon daar echter niet lang blijven, want het fanatisme waarmee hij zijn werk deed, ondermijnde zijn energie en zijn gezondheid. Nadat hij voorgoed het palet ter hand had genomen, stormden de moeilijkheden pas goed op hem af. Het was vooral zijn broer Theo, met wie hij zeer nauwe betrekkingen onderhield, die hem moreel en geldelijk steunde.

Vincent van Gogh week in zijn schilderkunst af van de natuurgetrouwe weergave der werkelijkheid ter wille van de symbolische uitdrukkingswaarde der uitbeelding. Het ging bij hem om de uitdrukking van het karakter zowel van de mensen als van planten en voorwerpen.