soort van economie (‘welfare-economics’, naar een woord van Pigou) bevinden wij ons, en het is voor die economie, dat wij een rentabiliteit moeten vinden in plaats van steeds opnieuw een cascade van inflaties af te wachten.
In een tijd van verplichte sociale verzekering, moet de omvang van de steunverlening in de eerste plaats positief bekampt worden: dit is door het scheppen van winstgevende werkgelegenheden. Hoe meer er arbeid vinden, des te geringer zullen de gelegenheden zijn tot misbruiken. Willen wil geen parasiterende gewoonten kweken, dan rest ons buiten de uitwijking, slechts het vermeerderen van onze industriële mogelijkheden. Dat wij in Vlaanderen, met onze groeiende bevolkingsdruk en met onze aanhoudende werkloosheid, zelfs in deze tijd van hoogconjunctuur - wij hadden in September van de 170.000 werklozen, er 136.000 in de Vlaamse gewesten - zeer begaan zijn met die industrialisatie, moge nu voor iedereen duidelijk zijn.
Het is natuurlijk gemakkelijker, zo ging senator Leemans verder, deze eis te stellen, dan hem te verwezenlijken. Het komt er immers op aan meer werkgelegenheden te vinden, waarbij iets overschiet en ook arbeiders te hebben die de gestelde taken kunnen vervullen.
Hier is systematische en vakkundige studie nodig en geen liefhebberij. De aangewezenen zijn hier de mensen uit nijverheid en financiën. Het is hun beroep, de middelen te bestuderen en de oplossing te verwezenlijken. Deze beroepsmensen mogen echter niet vergeten, dat de werkverschaffing eveneens de bekommernis is van de arbeiders en van de Staat en ten slotte van alle burgers. De spreker erkent, dat de omstandigheden niet aunstig zijn voor het verbeteren of uitbreiden van de industriële uitrusting. Hij verwijst naar de internationale onrust, naar de overdreven fiscaliteit, naar het gemis aan belangstelling voor wetenschappelijke plannen, naar de moeilijkheden, die op het internationale plan, de industriële expansie bezwaren. Wij moeten zeker de weg op van economische unies, zet hij, doch dat men eindelijk beginne met een aanpassing van de levensstandaard van de Europese arbeiders aan het Belgisch peil; zo niet, dan zullen onze economische mogelijkheden nog beperkter worden.
Ogenblikkelijke moeilijkheden zijn er bovendien vanwege de uiterst schaarse credietmarkt, die de Regering allerlei kommer bezorgt. De heer Dr Leemans hoopt, dat de minister van Financiën in die moeilijkheden geen aanleiding zal vinden om grotendeels de hand te leggen op die Marshall-credieten, die voor onze industriële uitrusting bestemd waren. Dat men hierover nu in het onzekere verkeert, en dat vooral de Vlamingen bezorgd zijn, over hetgeen hun hier gelaten wordt, wijst op het gemis aan industriële plannen. Wij kunnen echter niet geloven, dat de Minister de hen zal doden die gouden eieren legt ....
Senator Leemans onderlijnt dan, wat er op het gebied van de industrie gedaan werd, o.m. te Antwerpen.
Ook hebben wij behoefte, meent spreker, aan een Sociaal-Economisch Instituut, dat een diepgaande en aanhoudende systematische studie zou moeten maken op het gebied van industrialisatie in Vlaanderen.
Tenslotte betoogt spreker tegenover de stelling, onlangs te Gent verdedigd door Prof. Vandeputte, dat het in exploitatie nemen van bepaalde secties van de Limburgse kolenvoorraden ernstig moet in studie genomen worden; des te meer als er, zoals nu blijkt, tijden komen waarop er overal kolen te kort zijn.
Hij neemt ook niet aan, dat het oprichten van een modern hoogovenbedrijf in de Kempen a priori zou afgelast worden. Hij verdedigt de mogelijkheden voor het uitbreiden of nieuw oprichten van scheikundige nijverheden (synthetische benzine), van precisiebedrijven.
Wijzend op het onverhoopt succes dat de rayonneproductie gekend heeft sinds 1936, roept hij op tot de stoute durf, die de pioniers van ons industrieel leven gekenmerkt heeft.
Na deze zeer interessante voordracht, had er een gedachtenwisselina plaats, waarbij o.m. de heren Lavens van het A.C.V.W. en Provost, industrieel, tussen kwamen.
Nadat de Voorzitter nog enkele aanwijzingen gegeven had in verband met de verdere werking van het A.N.V. sloot hij deze zeer geslaagde vergadering.