Een flink voorbeeld bij een taalongerechtigheid.
In de tentoonstellingszaal van de Cercle Artistique et Littéraire te Gent werd een tentoonstelling ingericht van het werk der Vlaamsche schilders Veerdegen en Joekey.
De tentoonstelling zou geopend worden met een voordracht over de artistieke beteekenis van het werk der beide genoemde schilders, waartoe was uitgenoodigd de bekende Vlaamschen kunstkenner Dr. Jozef Muls, conservator van het Museum van Schoone Kunsten te Antwerpen.
Toen de heer Muls zijn rede aanving in het Nederlandsch, werd hem door een paar bestuursleden van den Cercle het zwijgen opgelegd, daar zij een Fransche rede eischten.
De heer Muls verliet daarop onmiddellijk de zaal; de beide schilders deden, als protest tegen deze anti-Vlaamsche daad, hun doeken wegnemen en zegden hun lidmaatschap op.
Wij brengen gaarne warme hulde aan de flinke houding van den heer Muls, die ook in Verbondskringen in Nederland een goede bekende is.
Het stemt tot nadenken dat zelfs nu nog in het hart van Vlaanderen een dergelijke bewuste beleediging van de Nederlandsche taal mogelijk is - maar geven de Vlamingen niet nog vaak zelf aanleiding tot deze miskenning van hun eigenwaarde?
Het voorbeeld van den heer Muls en van de beide schilders moge ertoe bijdragen velen weer eens de oogen te openen.