Boekbespreking.
Reinaert op het Tooneel.
Reinaert de Vos, een spel van dieren en menschen, door Carel Voorhoeve. N.V. v/h. Batteljee & Terpstra, Leiden.
Den 12den Maart 1932 heeft de tooneelvereeniging de Haagsche Thespiswagen met steun van de Haagsche Afdeeling van het A.N.V. dit spel vertoond.
Zij, die deze opvoering bijwoonden, zullen zich herinren, hoeveel bijval zij vond. Men zag hier de vermaarde geschiedenis, die overal, waar men Nederlandsch leest, aan jong en oud bekend is, in een genietelijken tooneel vorm verschijnen. De schilderachtige Hofdag van koning Nobel, met zijn gewemel van groote en kleine dieren, werd met een geestdriftig handgeklap begroet en voortdurend hield het spel de toeschouwers geboeid.
De ook in de pers tot uiting gekomen groote waardeering, die het spel ondervond, heeft er ten slotte toe geleid, dat de Leidsche uitgeversvennootschap v.h. Batteljee & Terpstra besloot, het spel in druk te doen verschijnen.
Bij nalezing treft opnieuw, hoe in de tooneelbewerking de tekst van het oude Nederlandsche gedicht op den voet is gevolgd. Al dadelijk hoort men bekende klanken in de proloog:
‘Het was op eenen Pinksterdag,
dat heide, bosch en haag,
met loovergroen betogen stonden.
Nobel, de Koning, liet alom
zijn dienaars den volke kond doen,
dat hij een Hofdag wilde houden......’
In het eerste bedrijf wordt de Hofdag vertoond, waar eerst Isingrijn, later Cantecleer ernstige klachten tegen Reinaert inbrengt. Cantecleer komt op aan het hoofd van een lijkstoet, waarbij een doode hen op een baar wordt meegevoerd. Uitvoerig verhaalt hij van de rampen, die het hoendergeslacht hebben getroffen.
Brune de beer wordt nu uitgezonden om Reinaert voor den Koning te dagen. In het tweede bedrijf ziet men dan, hoe de