Briefwisseling met Stamverwanten.
Indertijd plaatste het Hoofdbestuur een oproep in de pers voor Nederlandsche jongens en meisjes, die in briefwisseling wilden komen met jongens en meisjes in Zuid-Afrika.
Het succes van deze oproep was zoo groot, dat langzamerhand reeds meer dan duizend adressen binnen kwamen; een tijd lang scheen het of dit aantal reeds te groot zou zijn voor het betrekkelijk dun bevolkte Zuid-Afrika, zoodat geen nieuwe adressen meer werden aangenomen.
Dezer dagen meldde ons Mevr. J. Boeseken te Kaapstad, die met liefde en toewijding het tijdroovende werk der aansluitingen verzorgt, dat zich opnieuw jonge Afrikaners aanmelden, die verlangend zijn een Nederlandsche pen-vriend of -vriendin te vinden. Gaarne openen wij dus weer de sluizen voor een nieuwen toevloed, zij het dan ook van wat geringer omvang.
In het bijzonder richten wij ons tot hoofden van scholen om aan hunne leerlingen bekend te maken, dat opnieuw de gelegenheid bestaat om met jonge stamverwanten in een ver werelddeel in verbinding te komen. De aardige kiekjes en brieven, die wij wel eens zien, de uitgewisselde inzichten en opvattingen, toonen voldoende aan, hoe waardevol dit voor hun vorming kan zijn.
Op het oogenblik vraagt:
een onderwijzer te Prieska, 12 adressen van meisjes van 13-18 jaar;
een onderwijzer te Franschhoek, 15 adressen van meisjes van 14-16 jaar;
een onderwijzer te Zeerust, 40 adressen van meisjes van 12-15 jaar.
Wij wachten opgaven in: Laan 34, Den Haag.