Vlaanderen
Het mooie Vlaanderland, zoo bij de Hand.
Nu, in verband met de economische crisis en de gebeurtenissen in het buitenland, overal in Nederland, met het oog op de komende vacantiemaanden, propaganda wordt gemaakt voor ‘het mooie land, zóó bij de hand’ en velen ongetwijfeld van hunne verlofdagen gebruik zullen maken om, liever dan naar den vreemde te reizen, hun vaderland beter te leeren waardeeren, mag hier ongetwijfeld wel uiting worden gegeven aan den wensch, dezelfde gelegenheid door vele reislustigen uit het Noorden te zien waarnemen ook de schoonheid van de Vlaamsche gewesten nader te leeren kennen. Het Vlaamsche land, zoo makkelijk van uit Noord-Nederland te bereiken, biedt den toerist veel van datgene, wat hij vaak heel ver gaat zoeken. Moet Brugge wel onderdoen voor Florence? Zijn Gent en Antwerpen minder merkwaardig dan Keulen en Marseille? En mag men beweren, het Vlaamsche land, met zijne oude geschiedenis en zijn artistiek verleden werkelijk te kennen als men Oudenaarde en Veurne en Zoutleeuw en Leuven en Mechelen en Herentals en Tongeren en nog zoovele andere plaatsen, die tot den Nederlandschen geest en het Nederlandsche gemoed spreken, niet heeft bezocht? En wie begrijpt de romantiek van de Vlaamsche volksziel zonder het Guldensporenfeest op de Groote Markt te Brugge of op den Groeningerkouter te Kortrijk, of ook nog de grootsche jaarlijksche Vlaamsche doodenhulde te Diksmuide of een bedevaart naar Scherpenheuvel, een ‘ommegang’ met de reuzen te Brussel, te Mechelen, te Dendermonde, of de boetprocessie te Veurne, den laatsten Zondag van Juli, te hebben meegemaakt? En dan is nog geen woord gezegd van de heerlijke Scheldestreek tusschen Antwerpen en Gent, van de Leie met het bekende schildersland in Oost-Vlaanderen, van de Antwerpsche en Limburgsche heide, van het golvende Brabant, de ‘Vlaamsche Ardennen’ in den Zuid-Oostelijken hoek van de provincie Oost-Vlaanderen, van den Kemmelberg en de heuvelketen van het Westland en van de
kleurige kuststreek. Geen Noord-Nederlander, die zijn vacantie in Vlaanderen doorbrengt, of hij zal, met vele en diepe indrukken verrijkt terugkeeren. Wie dus, onder onze Noordnederlandsche vrienden, het inzicht mocht hebben naar Vlaanderen te komen en meer inlichtingen nog wenscht te verkrijgen, schrijve aan den altijd gedienstigen Vlaamschen Toeristenbond, Paardenmarkt 70, Antwerpen, of aan den secretaris onzer Groep Vlaanderen, Slotlaan 13, Woluwe-Brussel.
Gaarne wekken wij hierbij ook onze Vlaamsche leden op - nu de verblijfskosten in het Noorden ongeveer dezelfde als in 't Zuiden zijn geworden - dezen zomer aan het mooie Nederland een bezoek te brengen.