roepen werd leiding te geven in den algemeenen Nederlandschen opstand, was hij veel nauwer verbonden met de extreme richting en had in het gereformeerde bolwerk van Holland en Zeeland zijn meest betrouwbaren steun. In Vlaanderen en Brabant bood zich de gereformeerde volkspartij als bondgenoot Hij gebruikte haar diensten eerst, maar trachtte haar tevergeefs in te toomen toen de overwegend katholieke gewesten daardoor tot Spanje teruggedreven werden. Meer en meer kreeg de opstand in plaats van een algemeen nationaal, dat hij wenschte, een godsdienstig karakter, wat bevorderd werd door de politiek van zijn broer Jan van Nassau en door het optreden van Hembyze en Dathenus te Gent.
Dit alles leidde tot de Malcontentenbeweging, die tot den afval van de Waalsche gewesten in 1579 en van Groningen in 1580. In 1579 had feitelijk de algemeen Nederlandsche verdraagzame politiek van Oranje bankroet geleden. Zijn gedachten blijven waardevol voor ons en wij eeren in hem niet slechts den stichter van clen Protestantschen Noord-Nederlandschen staat, dien hij nooit zoo gewild heeft, maar den strever die zijn ideaal met onbezweken trouw gediend heeft.
De aandachtig gevolgde lezing verwierf dankbare instemming van het talrijke gehoor.
De 4e lezing van de reeks werd gehouden door Prof. Dr. A.A. van Schelven op 7 Maart en ging over: ‘Oranjes verweer tegen Parma. (1579-1584):
Liever dan een overzicht der details van die periode gaf de spreker eenige beschouwingen ten beste over het algemeen karakter, dat zij droeg, in vergelijking met 's Prinsen geheele levenswerk.
Om de vervulling van drie idealen is het hem, naar het gehoor zich uiteengezet zag, steeds te doen geweest. Voor tolerantie streed hij, voor de gelijkgerechtigheid van Roomsch en on-Roomsch in den staat. Naar het bewaren van de eenheid der Zeventien Nederlanden strekte zijn streven zich altoos weer uit en om een onafhankelijk volksbestaan heeft hij gekampt.
Nadat in 1567 de vervulling der eerste twee van deze drie idealen binnen handgreep scheen gekomen, volgde twee, drie jaren daarna, zoowel inzake de tolerantiepolitiek als ten opzichte der eenheid van de Zuidelijke en Noordelijke gewesten, de eene teleurstelling op de andere.
Met des te meer hardnekkigheid zien wij Oranje zich dan op de verwerkelijking van het onafhankelijkheidsideaal werpen. In dit verband behandelde de spreker de ‘Verlating’.
Ook deze voordracht vond bij het talrijke gehoor veel bijval.