De Belgische omwenteling van 1830, door wijlen Mr. M. Josson, Drukker-uitgever Joris Lannoo, Thielt.
Dat de herdenking der honderdste verjaring van de Belgische omwenteling, welke thans in België plaats heeft, tot het verschijnen van een aantal geschriften, zoowel Fransche als Nederlandsche, met propagandistische Belgischgezinde of Vlaamschnationale strekkingen, aanleiding moest geven, zal wel niemand, die de toestanden in dit land kent, verwonderd hebben. Meer dan een tijdelijke, voorbijgaande beteekenis kunnen deze geschriften uiteraard echter niet hebben, iets wat van deze nieuwe uitgave van het groote werk van den, in 1927, te Leiden, gestorven grijzen Vlaamschen strijder, Mr. Maurits Josson, zeker nimmer zal worden gezegd. Met een waar benedictijnergeduld ondernam hij de ontzettend veel van zijn werkkracht vergende geschiedkundige navorschingen, aan dewelke hij niet minder dan 35 jaren van zijn leven besteedde en die tot de samenstelling van de drie boekdeelen, waaruit dit standaardwerk van meer dan 800 blzn. tekst bestaat, hebben geleid. Het eerste deel gaat van de oproerige beweging in Augustus-September 1830 tot de Conferentie van Londen en de vernietiging der verkiezing van den hertog van Nemours, zoon van den koning van Frankrijk, Lodewijk Filips, tot koning der Belgen. Het tweede deel overspant het tijdperk, dat zich uitstrekt tusschen de gebeurtenissen, die onmiddellijk aan de verkiezing van prins Leopold van Saksen-Coburg-Saalfeld voorafgingen, tot het verdrag van 1839. Het derde boek is uitsluitend gewijd aan de bibliografie met 1877 verschillende nota's, lijsten van personenen plaatsnamen, kaarten, enz.
Bij deze uitgave, die een schat van belangwekkende en vele weinig bekende gegevens bevat, werd gebruik gemaakt van het oorspronkelijke handschrift van Josson. De uitgevers vulden het enkel aan met een aantal verwijzingen naar de laatst verschenen werken, die over het behandelde onderwerp loopen, ten einde het aldus volkomen op peil te brengen. Dit groote werk, dat men met onafgebroken gespannen aandacht tot het einde leest, vormt een merkwaardig geheel en verdient ten volle de belangstelling van alle ontwikkelde leden van den Nederlandschen stam en onder hen, in de eerste plaats, van de Vlamingen en de Noord-Nederlanders. De tragedie van het Vlaamsche element in den omwentelingsstrijd van 1830 wordt er trouwens wetenschappelijker en duidelijker dan waar ook in het licht gesteld, al zullen enkelen het misschien niet altijd met sommige gevolgtrekkingen van den schrijver eens zijn.
De geringe prijs (70 fr.) van deze uitgave stelt ze binnen het bereik van alle beurzen en ook dit is een verdienste, die voor een waar standaardwerk als ‘De Belgische Omwenteling van 1830’, in dezen tijd, niet genoeg kan worden geprezen.