De Taalbouw.
De bouw van het Afrikaansch wordt gestadig voortgezet, met doelbewustheid en volharding.
Een der grondpijlers is de woordenlijst der Z.A. Academie, waarover dr. D.F. Malherbe aan de pers een verslag heeft verstrekt. In September van het vorige jaar aanvaardde de Academie den algemeenen grondslag, waarop de commissie haar taak wilde volvoeren. Thans zijn de leden der commissie te Pretoria bijeen gekomen, om elkanders lijsten te vergelijken en in overeenstemming te brengen met de verleden jaar aangenomen beginselen. Een redacteur zal belast worden met het opstellen van de vastgestelde lijst.
Een krachtige beweging tot handhaving van de Afrikaansche taal en cultuur heeft de ‘Afrikaanse Broederbond’ van Transvaal onder bescherming van de S.A. Academie op touw gezet.
Op 24 Augustus is te Bloemfontein een bespreking gehouden en besloten, een ‘Afrikaanse Taal- en Kultuurkonferensie’ voor de Unie uit te schrijven, met het doel, vereenigingen en personen samen te brengen tot uitwerking van een gemeenschappelijk program voor de handhaving der Afrikaansche taal in alle richtingen en de ontwikkeling der Afrikaansche cultuur. Deze beweging zal geleid worden door een algemeen bestuur met medewerking van gewestelijke taal- en cultuurinstellingen.
Een groot aantal vertegenwoordigers van vereenigingen, die zich thans met deze belangen bezig houden, waren bijeen als regelingscommissie, onder leiding van dr. D.F. Malherbe, rector van het Grey Universiteitscollege. Van de sprekers betoogde dr. C.P. Visser, rector van het Normaal college te Bloemfontein, dat het noodzakelijk was, elk jaar een bepaalde taak af te werken. Daardoor zou geestdrift gewekt worden en zouden bijdragen toevloeien.
Deze samenkomst heeft belangstelling gewekt over de geheele Unie. Uit vele teekenen daarvan noemen wij een ingezonden stuk in Ons Land, waarin de schrijver verklaart, dat nu ten laatste het lichaam is geboren ‘waar ons verongelijkte en vertrapte volkssiel jare en jare na gesmag het.’ Dat de leiders mannen van de daad zijn, schrijft hij, weet iedereen; op ieder ander rust de plicht hun aanstonds den hartelijksten en getrouwsten steun te schenken. Er moet een ‘Groote Raad’ gekozen worden, die bij den betrokken minister de belangen der taal zal kunnen bepleiten uit naam van 500 vereenigingen en bonden in Zuid-Afrika, vertegenwoordigende 15200 Afrikaners, thans tot één gebracht.
Tenslotte zij vermeld, dat ook de Bijbelvertaling opschiet. Het eerste gedeelte ‘Die vier Evangelies en die Boek van die Psalms’, is bij het Bijbelgenootschap te Kaapstad verschenen. De uitgaaf is voorzien van een voorbericht van den voorzitter der vertalingscommissie, ds. J.D. Kestell, waarin aan den Afrikaanschen lezer verzocht wordt, niet te haastig te oordeelen over nieuwe en dus eenigszins vreemd klinkende uitdrukkingen, die hij zal aantreffen in plaats van de Nederlandsche, die, hoezeer ook soms nog met voorliefde gebruikt, niet naast het Afrikaansch konden behouden worden en daarom ‘deur die vertalers konsekwent in doodgewone Afrikaans oorgebring is.’