Fransch Vlaanderen
Vlaamsch Leven.
Het Vlaamsche leven in Frankrijk is nog niet uitgebluscht; misschien is het nog te behouden.
Telkens tracht het opnieuw uit te botten. Het verslag van den deken van de faculteit der letteren aan de Vrije Universiteit van Rijsel over het jaar 1927-'28 meldt, dat de leergang in de Nederlandsche taal en letterkunde van dr. Despicht in dat jaar gevolgd werd door 16 studenten. Dit aantal wordt alleen overtroffen door dat der studenten in de Engelsche taal en de klassieke letteren.
Te Roobeek wordt een plaatselijke afdeeling van het Davidsfonds gesticht: de tweede. Tot dusver bestond alleen die te Ghyvelde bij Duinkerke met prof. Looten als voorzitter.
Het Davidsfonds, een cultureele instelling, die de alzijdige ontwikkeling van het Vlaamsche volk beoogt, telde bij het uitbreken van den wereldoorlog 11.000 leden, over heel België verspreid; thans telt het er 50.000. Het tracht nu ook de in Frankrijk verspreide Vlaamsche gezinnen, geestelijk en stoffelijk te steunen en aldus de Vlaamsche taal en overlevering te versterken. In het loopende jaar verdeelt het Davidsfonds niet minder dan 250.000 tot 300.000 nieuwe boeken onder de leden.
Te Roobeek - ander levensverschijnsel - wordt op 15 Augustus een ‘Vlaamsche familiedag’ gehouden. Het laat zich aanzien, dat alle Vlamingen van beteekenis daar zullen samenkomen ter viering van het 25-jarig bestaan van den ‘Vlaamschen Vriendenkring’. Onze hartelijke gelukwenschen voor den bloei van dien kring, een kloeken voorpost der Nederlandsche cultuur in het vreemde land!
Er zijn vele van zulke kringen, gelukkig! Een der oudste is die te Rijsel, opgericht in 1868 door pater F. Rolé.
Deze kring beschikt over mooie ruime lokalen voor spelen en vermaken en over een Vlaamsche boekerij. In een belendende kapel wordt elken Zondag in het Vlaamsch gepreekt.
Tenslotte de ‘Vlaamsche Gouwdag’, op 31 Juli te Steenvoorde gehouden. Dat is het zesde Congres van het Vlaamsche Verbond van Frankrijk, waarover onze vertegenwoordiger ons natuurlijk uitvoerig zal berichten. Ditmaal is het Vl. Verbond samengekomen midden in een Vlaamsch sprekende Fransche streek. Steenvoorde grenst aan Eecke, waar de Vlamingen op 26 Mei een treffelijk feest hebben gevierd, waarvan De Torrewachter verslag geeft: de samenkomst van de eenig overgebleven rederijkerskamer van die streek. Vroeger bezat bijna elk dorp zoo'n gilde of ‘Vergaring van rhetorica’ op één na zijn alle uitgestorven. De kamer te Eecke dagteekent van 1542. Mr. J.E. van den Driessche, die het Vlaamsche Verbond vertegenwoordigde, sprak een heildronk uit.
Men heeft te veel laten gelooven, dat deze taal niets anders is dan een gewestspraak, onwaardig in den mond van ontwikkelde lieden, zoo iets als een brabbeltaal voor keuken en herberg, zei spr.
Dit vertelsel heeft zijn tijd geduurd en uitmuntende geesten als Barrès hebben de Vlaamsche letterkunde gerangschikt bij de beroemdste van Europa. Namen als J. van Maerlant of Vondel, Hendrik Conscience of Guido