Boekbespreking.
Het Nederlandsch Verzekeringsbedrijf (Naamlooze Vennootschap), door H.G. Schuddebeurs. Martinus Nijhoff, Den Haag.
De verzekeringswetenschap heeft ook haar Nederlandsche baanbrekers. We hebben slechts de namen te noemen van Johan de Witt en Christiaan Huygens, om voor ons land eenige verdienste op dit gebied op te eischen. Zij legden mede den grondslag voor de ontwikkeling dezer wetenschap.
Het werk van den heer Schuddebeurs is echter niet bedoeld als een geschiedkundige beschouwing over het verzekeringswezen, wil alleen zijn een overzicht van het Nederlandsch verzekeringsbedrijf gedurende de laatste twee eeuwen, voor zoover dit door naamlooze vennootschappen werd uitgeoefend.
Neerlandia is niet een tijdschrift, waarin men een bespreking van zulk een zuiver vakkundig werk verwacht Toch is dit ons aanleiding tot een opmerking, die wel eens gehoord mag worden.
Uit het met kennis van zaken samengestelde werk van den heer Schuddebeurs blijkt, dat het verzekeringsbedrijf op alle gebieden, die het langzamerhand tot zich getrokken heeft, betrouwbare instellingen in Nederland telt en dat men dus ook voor het sluiten van verzekeringen zich niet tot buitenlandsche maatschappijen behoeft te richten.
Dat deze trachten haar belangen over heel de wereld te behartigen, kan haar moeilijk euvel worden geduid, maar van een Nederlander mag men verwachten, dat hij in de eerste plaats zijn eigenlandsche degelijke instellingen bevoordeelt, gelijk een Vlaming dat een Vlaamsche maatschappij en een Afrikaner een Afrikaansche Vennootschap zal doen.
Behalve voor vakkundigen heeft het door Martinus Nijhoff keurig uitgegeven boek van den heer Schuddebeurs dus ook waarde voor hem, die in vaderlandsch opzicht op verzekeringsgebied volledig wil ingelicht worden.
***