Neerlandia. Jaargang 31
(1927)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdDe ‘Mercure de Flandre.’De Mercure de FlandreGa naar voetnoot1) van Juli (het nummer onderging eenige vertraging) bevat een geestig opstel van G. Blanchon tegen een aantal geschiedkundige ketterijen, begaan door een ontrouwen Vlaming, zekeren heer Houvenaghel, die in een tijdschriftartikel de Fransch-Vlaamsche beweging in een verkeerd licht had gesteld. Ook de Belgische dr. V. Celen krijgt er vanlangs wegens hetgeen hij in ‘Ons Volk Ontwaakt’ geschreven heeft over ‘Het Fransch-Vlaamsche Duinkerke’. - L. de Wijck(ps) besluit zijn voortreffelijk gestaafde mededeelingen over de cultureele Vlaamsche pers. - Nic. Bourgeois geeft indrukken van ‘Het Vlaamsche Volkstooneel.’ De voorstelling van Vondels Lucifer te Parijs in de meest sobere tooneelzetting, met eenvoudige, ofschoon bezonnen gestyleerde kostuums, voor een publiek, dat geen woord Nederlandsch verstond, noemt schr. een wonder. Toch was het nog grooter waagstuk, voor dat publiek Tijl Uylenspiegel te vertoonen, maar er valt niet te twijfelen aan het welslagen van die proef. ‘Het Vlaamsche Volkstooneel heeft, zegt mr. Bourgeois, het bestaan bewezen van een Vlaamsche beschaving, welker scheppende taak nog niet voltooid is. Neen, Vlaanderen is nog niet heel en al een museumstuk!’ De schrijver vraagt, wanneer deze buitengewone troep naar Fransch-Vlaanderen zal komen, waar hij zeker kan zijn van succes. - Onder de andere bijdragen in deze, met vele portretten versierde, aflevering, mogen nog in het bijzonder genoemd worden twee gedichten ‘Plicht’ en ‘Liefde’ van Eerw. M. Janssen, die, wat de taal betreft, van gestadigen vooruitgang getuigen. |
|