Neerlandia. Jaargang 30
(1926)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd[p. 141] | |
Boekbespreking.Een Gids voor Vlaamsche Studenten.Een zelfde boekje, als het Algemeen Nederlandsch Verbond in 1925 deed samenstellen ten behoeve van Zuid-Afrikaners, heeft het thans voor Vlamingen in het licht gegeven1). Opnieuw mocht het een aanbeveling medekrijgen van dr. J.Th. de Visser, die aandacht vestigt op, zooals hij zeer welwillend getuigt, ‘den rijken inhoud van dezen Gids’ en die aan het verzoek van het Hoofdbestuur van het A.N.V.. om een voorwoord te schrijven, bovenal voldeed, omdat hij ‘het steeds meer bekend worden van dit Verbond een nationaal belang’ acht. Hij wekt zijn landgenooten daarom op ons Verbond krachtig te steunen. De gids bevat korte geschiedkundige herinneringen aan de openbare universiteiten, die sedert meer dan driehonderd jaren, niettegenstaande de Nederlanders telkens in oorlog waren, haar beschavende werking deden uitgaan over heel Europa. Dan volgen opstellen over de vijf faculteiten en over bijzondere instellingen van hooger onderwijs, waarbij thans ook de R.-K. Universiteit te Nijmegen is opgenomen. Men vindt gegevens over de zeer omvangrijke vereenigde Ned.-Indische rechtsen taalstudie; de Grootnederlandsche Studentencongressen; de in 1927 hervatte vacantieleergangen van het A.N.V., de Nederlandsche studentenverenigingen, het hier te lande zoo buitengewoon ontwikkelde bibliotheekwezen. ‘Examenvrijstellingen voor Vlamingen’, ‘Studiebeurzen voor Vlamingen’, ‘Het Studeeren van Vlamingen in Holland’ zijn de hoofdstukken, die Vlamingen bovenal zullen raadplegen. Portretten en andere afbeeldingen zijn aan den tekst toegevoegd, die binnenkort zal worden aangevuld met een lijst van Nederlandsche wetenschappelijke hand- en leerboeken alsmede van tijdschriften, voor Vlamingen van belang. Van de schrijvers noemen wij prof. dr. A.A. van Schelven, mr. R. van Genechten, prof. dr. H. Zwaardemaker, prof. dr. F.A.F.C. Went, prof. dr. D.C. Hesseling, prof. dr. W. Mulder S.J., prof. Ir. Behrens, prof. mr. C. Kielstra, prof. mr. G.W.J. Bruins, prof. mr. N.W. Posthumus, prof. dr. G. Krediet, prof. dr. I.A. Nederburgh. Het volledig afstudeeren van Vlamingen aan Nederlandsche universiteiten ontmoet vrij wat bezwaren. De wetten zijn hier streng; graden zijn niet anders dan door harde studie te behalen; diploma's worden niet wederkeerig erkend. Veel aantrekkelijks heeft intusschen het onderbreken van de studie in België voor een verblijf aan een Nederlandsche hoogeschool of een aanvulling aan zulk een school van de thuis voltooide opleiding. Daarvoor geeft mr. R. van Genechten nuttige wenken ook voor de houding tegenover Nederlandsche levensgewoonten. Een groot voordeel is het bestaan van Vlaamsch-Nederlandsche vereenigingen van uitgeweken intellectueelen, die hun landgenooten hier kunnen voorthelpen. Mr. Van Genechten is overtuigd, dat de Vlamingen in de komende jaren steeds meer invloed zullen oefenen op het geestelijke en openbare leven in België en wijst erop, van hoeveel belang het daarom is, dat jonge rechtsgeleerden en anderen een deel hunner opleiding in Nederland ontvangen, dat voor zijn geestelijke ontwikkeling niet maar uit één bron put maar uit tal van stroomen. Van hoeveel beteekenis het ook voor Nederland is, die komende leiders van Zuid-Nederland van het Nederlandsche geestesleven te doordringen, behoeft nauwelijks te worden gezegd. Als de groote les, die Nederland den Vlaming kan geven, beschouwt mr. Van Genechten ‘dat nationale kracht en internationale belangstelling geen tegenstellingen zijn’. Welk een breeden kijk op het leven verwerft niet wiens inzicht aldus wordt verhelderd! De Vlamingen losmaken uit nationale bevooroordeeldheid is dit niet tegelijk hen nader tot ons brengen, hen krachtiger maken en voorbereiden voor een rijker toekomst? Cr. |
|