Neerlandia. Jaargang 29

Huishoudelijk Reglement.

Ter voldoening aan art. 20. 5 der Verbondswet doet het Hoofdbestuur hierbij mededeeling van het in zijn vergadering van 29 Aug. 1925 vastgestelde

Huishoudelijk Reglement voor het Hoofdbestuur, volgens art. 20 der Statuten.

Artikel 1.

Het Hoofdbestuur vergadert, zoo dikwijls als het Dag Bestuur of drie leden van het Hoofdbestuur dit noodig oordeelen.

De oproeping geschiedt door den algemeenen secretaris, zooveel mogelijk ten minste eene week voor den dag der vergadering.

In de oproeping worden de bijzondere punten van behandeling vermeld.

Artikel 2.

Tenzij het Hoofdbestuur anders beslist, woont de administrateur de vergaderingen bij en houdt daar de notulen. Hij heeft een raadgevende stem, wanneer zijn meening wordt gevraagd of hem op zijn verzoek vergund wordt deze uit te spreken.

Artikel 3.

Voor het vormen van een wettige vergadering moeten ten minste 10 leden - of, wanneer er minder dan 20 hoofdbestuursleden zijn, moet ten minste de helft der hoofdbestuursleden - aanwezig zijn.

Artikel 4.

De stemmingen geschieden over zaken mondeling, over personen schriftelijk, tenzij de vergadering anders beslist.

Wanneer over zaken de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

Wanneer over personen de stemmen staken, beslist het lot.

Heeft bij een stemming over personen bij de eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan heeft een tweede vrije stemming plaats. Is de volstrekte meerderheid dan nog niet bereikt, dan heeft eene herstemming plaats tusschen de beide personen, die de meeste stemmen op zich vereenigden. Indien meer dan twee personen evenveel stemmen gekregen hebben, wordt bij stemming uitgemaakt, wie in herstemming komen.

Blanco stemmen en stemmen van onwaarde worden niet meegeteld.

Artikel 5.

De algemeene secretaris heeft het beheer van het Verbondskantoor en regelt de werkzaamheden van het personeel. Van alle ingekomen stukken, die niet uitsluitend van administratieven aard zijn, geeft hij inzage aan den algemeenen voorzitter, die kan bepalen, dat inzage of afschrift aan alle leden van het dagelijksch bestuur en afschrift aan alle hoofdbestuursleden moet verstrekt worden.

Artikel 6.

De algemeene penningmeester is bevoegd tot het doen der loopende uitgaven.

Artikel 7.

Het dagelijksch bestuur vergadert zooveel mogelijk elke week.

Artikel 8.

Het dagelijksch bestuur behoeft de goedkeuring van het Hoofdbestuur voor het openen eener rekening-courant bij een bankierskantoor en bij de posterijen.

Artikel 9.

Aangelegenheden van uitsluitend administratieven aard behoeven niet in het Hoofdbestuur gebracht te worden.

Artikel 10.

Bij staking van stemmen in het dagelijksch bestuur wordt de beslissing van het Hoofdbestuur ingeroepen.