Boekbespreking.
Cultuur en Wetenschap No. 3.
Dr. J. Vercoullie: De Taal der Vlamingen.
Dit is een aardig boekje, deze herdruk van Vlaanderen door de eeuwen heen I, van dezelfde schrijver. En dat niet alleen: het is ook nodig. Nodig voor de Vlamingen zelf om in nog geen honderd bladzijdjes op de hoogte gebracht te worden van de lange (vaak lijdens-) geschiedenis van hun taal; om het Germaanse karakter van die taal te zien vastgesteld; de verschillen in de grote dialektgroepen: Vlaams, Brabants en Limburgs, en dan de groei der Vlaamse beweging. Zij zullen er kracht uit putten in hun grote strijd om 't bestaan tegen de verdrukking door 't Frans:
‘Het verzet van het volk tegen die toestand wordt met den dag krachtiger, naarmate het nationaal bewustzijn wakker wordt; het zal eindigen met de zegepraal te behalen.’
En de reden van de verdrukking:.... ‘de gegoede standen willen van 't Vlaamsch in 't openbaar leven niet, en van de voortdurende zedelijke vernedering, die ze hun volk daardoor doen onderstaan (?ondergaan? J.B.S.) zijn ze niet eens bewust.’
‘Meest moet de belanghebbende (bij de wetten op het gebruik van het Nederlandsch) er de toepassing van eischen.’ Allemaal grieven, die hun gouden feest(?) al achter de rug hebben, zie het verslag van de ‘Commissie der Vlaamsche grieven (1857)’: ‘Niets van wat in voorextremistisch versleten wordt, dat er niet reeds in voorkomt.’ Maar hier raak ik haast aan een teer punt: terug dus! Beiden; Extremisten en niet-Extremisten Nationalisten en Belgicisten, Aktivisten en Passivisten, ze kunnen zich met ons, Noord-Nederlanders, vermaken over oude geleerden als Joannes Goropius Becanus, die 't Nederlands ouder achtte dan 't Hebreeuws, want Adam was de haat-dam tegen de duivel en Eva het eed-vat (denk toch om de d, zetter, anders denkt men aan de appel) ‘het vat dat den eed van de komst des Zaligmakers ontvangen heeft’ en het woord zak komt in 't Hebr. en Europees voor, omdat ‘bij de verspreiding van het menschengeslacht na de taalverwarring te Babel, iedereen om zijn reiszak riep.’
Dat was een man! Hij leefde van 1518-1572: ik heb niet gehoord, of zijn theorieën ook een van de aanleidingen tot de 80-jarige oorlog geweest zijn. Maar zijn kollega van later tijd, was veel gematigder: die liet het mensdom z'n Hebreeuws als oudste taal tot Babel, doch daarna sprak toch alles Vlaams: zulke imperialisten! En ik meende goedschiks dat Adam en Eva Fries spraken in het paradijs: 't is om iemand anti-semiet te maken. En dan die brave Gallen (zeker Galliërs) af te leiden van Ga-haelen d w.z. rovers! Ik denk, dat de man, - A. Schrickius heette hij en terecht! -, de macht van Lodewijk XIV, Napoleon en Poincaré voelde aankomen, immers hij leefde 1560-1621. Zijn dat geen wondere ontdekkingen uit dat boekske te halen? Daarbij vergeleken is het nieuwe uit het oude Oeralindabok - niets waard! Ja, zulke aardige dingen staan er ook in. Zij weven een aureool om al onze Dietse hoofden.
Ja, wij allen moeten dit lezen. Immers vele dingen raken het algemeen Nederlands even goed als het Vlaams alleen. Met dwingend betoog wijst de schrijver er op en de historie van 't boekje dwingt hem zelf weer daartoe, dat de Vlamingen als van zelf gedrongen worden tot de algemeen Nederlandse uitspraak, boven hun Vlaams uitkomende, even goed als boven het Gelders en Gronings. Lees verder dit zinnetje, o Nederlanders, o Bestuur van het A.N.V.!
‘Daar de Vlaming de beschaafde omgangstaal vooral uit de boeken leert, is het zeker, dat alle toenadering van de schrijftaal tot de beschaafde spreektaal aan de kenners van die spreektaal bij den Vlaming ten goede moet komen.’
Gaat dus voort M.M.H.H. met uw aandrang tot vereenvoudiging: deze is niet wens-che-laik, maar wenselik.
En de Minister wil niet! -
Och neen, niet die kant uit: er staat nog zoveel meer in, ook wel eens waar men het niet mee eens hoeft te zijn; maar belangrijk is het overal.
Als wij in Nederland de aap, en de dijk zeggen ook in nominativo, heeft men dan ‘feitelijk de en-vormen gebruikt waarin en tot e geworden is’? En waarom zeggen wij dan wel uit den aard der zaak, onder den duim? Waarom zijn deze en's dan niet meegegaan? Waarom zijn die en's vóór aap en dijk - e - geworden? Zijn het - en's geweest?
Ik geloof niet aan die akkusativitis van ‘alle Nederduitsche tongvallen’ (dus ook Nederlands?); wel aan behoefte aan welluidendheidsverbindingen, als het vaste samenkoppelingen betreft, en verder aan schoolmeestersgedril op niet gehoorde n's. - Nog iets, van meer belang: de Franse Vlamingen krijgen op school ‘geen onderwijs in hun taal’ en kunnen die dus ‘noch lezen, noch schrijven en blijven van alle verstandelijk leven verstoken.’
Maar, waarde geburen, dat ligt dan toch aan u als naastwoners mee! Ga ze helpen en - laat ze zich zelf helpen! Pas in de laatste jaren wordt buiten de schooluren les in 't Fries gegeven in Friesland door een vereeniging, niet door de overheid, maar het Fries wordt gesproken, gelezen en geschreven de eeuwen door en heeft onder Koningin Wilhelmina zich verheugd in een nieuwe bloeiperiode. ‘Neat for de man sels,’ moge ook de leus zijn van de Vlaamse Fransen.
Laat mij eindigen met de opwekking: lees dit stellig niet dure boekje!
Haarlem, 1 Febr. 1924.
J.B. SCHEPERS.