Vlaanderen
Tak Brussel en Omstreken.
Zooals reeds in het Meinummer van ‘Neerlandia’ met een paar woorden werd medegedeeld, behaalde de door Tak Brussel op 24 April j.l. ingerichte rolprentvertooning een schitterend succes. De ruime, stemmige ‘Nieuwe Zaal’, in de Ernest-Allardstraat, waar het lokaal van den Tak sedert eenigen tijd is gevestigd, was eivol en, hoewel heel wat stoelen werden bijgeschoven, moesten nog vele kijk- en hoorlustigen met een staanplaatsje genoegen nemen.
Vóór de eigenlijke rolprentvertooning nam Mr. Alberic De Swarte, senator voor Brussel, die eenige dagen tevoren in den Senaat over hetzelfde onderwerp een schitterende rede had uitgesproken, het woord. Spreker, zelf een ijverig lid van den Tak, handelde over de ‘Noodzakelijkheid van cultureele toenadering tusschen Nederland en Vlaanderen’. Met toenadering zeide hij niet alleen te bedoelen voorbijgaande ontmoetingen op congressen en vergaderingen, maar ook, en vooral, het dagelijksche samengaan, vooral op cultuurgebied. De aanwezige Vlamingen spoorde hij aan hun vacantiedagen bij voorkeur in Nederland, waar zooveel te zien en te leeren valt, te gaan doorbrengen. Ook van een algemeen Belgisch standpunt beschouwd is toenadering tusschen Noord en Zuid een onontbeerlijk iets; anders gaat België zich nog dood vergapen aan Parijs.
De Vlaming, die Nederland kent, is sterker gewapend voor het doorzetten van zijn eischen. In Nederland, riep spreker uit, te Leiden, te Utrecht, te Delft, te Groningen, te Amsterdam, vinden wij de ‘Vlaamsche’ d.i. de Nederlandsche Universiteit, zooals wij er een voor ons, te Gent, in de plaats van de bestaande Fransche, willen. In Nederland ook vinden wij, na de eerste kennismaking, al gauw ons eigen Vlaamsche volkskarakter terug en komen we weldra tot het besluit, dat in den grond Rotterdam zoo Vlaamsch is als Gent en Antwerpen zoo Hollandsch als Amsterdam. Dit gevoel moet ons, radikale Vlamingen, in onzen strijd steunen en sterken, en ons er toe brengen steeds meer en meer met onze stambroeders samen te werken, niet op staatkundig gebied, maar op het gebied van wetenschap, kunst, taal en letteren, handel en nijverheid, in een woord, in alles wat een klein volk groot maakt.
Deze rede werd op donderende toejuiching onthaald, waarbij vooral de talrijke aanwezige Hollandsche leden van den Tak zich niet onbetuigd lieten.
Onmiddellijk daarop ving de vertooning aan van de rolprent ‘Nederland’, door bemiddeling van het Hoofdbestuur te Dordrecht welwillend ter beschikking van den Tak gesteld door de Vereeniging ‘Nederland in den Vreemde’. Voor velen, die Nederland niet of slechts oppervlakkig kennen, was deze vertooning een openbaring, die, naar de Vlaamsche bladen in hun verslag opmerkten, ‘de legende van het kleine Holland op klompen vernietigt en ons toont het grootsche streven van een kloek, rijk volk, dat, in een kader van zeer eigenaardig natuurschoon, als zeevarende mogendheid, nijverheidsland en handelsmiddelpunt, van een gezond en krachtig economisch leven getuigt.’
Voor passende muziek had de heer J. Martien, pianist, die oude en moderne Nederlandsche liederen, vaak door de aanwezigen meegezongen, met veel talent voordroeg, gezorgd.
* * *
Tijdens en na afloop van den rolprentavond van 26 April trad een dertigtal nieuwe leden toe. Het ledental van Tak Brussel, dat, bij de hervatting der werkzaamheden, in December 1920, niet grooter was dan 13, bedraagt thans 310!
* * *
Het laatste feest van dit seizoen - waarover meer in een volgend nummer - had 29 Mei j.l. plaats in de ‘Nieuwe Zaal’. De heeren Geert Dils, kunstzanger te Utrecht en J. Martien, pianist te Brussel, verleenden hun medewerking. Het programma bevatte liederen van Bernard Zweers, Peter Benoit, Nicolaï, Lieven Duvosel, Edg. Tinel, Cath. van Rennes, Jef van Hoof enz.
* * *
Dinsdag 13 Juni zal in het lokaal ‘Nieuwe Zaal’ een algemeene ledenvergadering worden gehouden. Dagorde: 1. Verslag van de vorige algemeene vergadering. 2. Mededeelingen over den toestand en de plannen van den Tak. 3. Voorstellen van twee eereleden: de heeren Lotens en Delpire, uitgetreden bestuursleden. 4. Benoeming van twee toezichters op het geldelijk beleid van den Tak. 5. Ingekomen voorstellen en mededeelingen. Voorstellen, uitgaande van de leden van den tak, worden ingewacht tot 6 Juni a.s. bij den secretaris: M.J. Liesenborghs, Eug.-Demolderlaan 2, Schaarbeek.
* * *
Van Juni tot einde September richt het bestuur van den tak eenige Zomeruitstapjes in, vermoedelijk naar Zuid-Vlaanderen (Oudenaarde, Tiegem en Ingoyhem met bezoek aan pastoor Hugo Verriest), het Zoniënwoud (van Groenendaal tot de Groote Hut), Zuid-West-Brabant (de IJzeren Man en de Heide te Kester) enz.