Taalcommissie.
Onder eigen verantwoordelijkheid. Adres: Helenastraat 46, 's-Gravenhage.
Verslag van de Taalcommissie.
Uit het verslag over 1920 (Neerlandia, Maart 1921) zullen de leden zich herinneren, hoe de T.C. zich er over verheugde, dat ze er in geslaagd was een samenstelling uit inwoners van één plaats (in dit geval Den Haag) te verkrijgen. In den loop van 1921 bleek meermalen, dat het werk der T.C. er dikwijls door vereenvoudigd werd. Dat niets bestendiger is dan de onbestendigheid, ondervond de T.C. zeer tot haar spijt. Want Mej. Dr. A.J. Portengen voelde zich door drukke bezigheden er toe genoopt, als lid onzer Commissie te bedanken. Gaarne lasschen we hier een woord van welgemeenden dank in voor alles, waarin Mej. Dr. Portengen de T.C. van raad en steun diende.
De belangrijkste feiten voor het afgeloopen jaar zijn het gehoor bij Z. Exc. den Min. van O.K.W. en de verschijning van den 3den druk der Woordenlijst. Het eerste leerde de T.C., dat haar vraag, om van dezen Minister een voorstel te krijgen, waarbij in opschriften op winkels, enz. het Nederlandsch de eerste (desnoods de eenige) plaats zou innemen, niet van dezen Minister kon uitgaan, omdat de beantwoording er van thuis behoort bij de Ministers van Justitie en Landbouw, Handel en Nijverheid. Met het oog op de verkiezingen in 1922 besloot de T.C. tot den afloop hiervan te wachten, eer zij nieuwe stappen in deze richting doet.
De 3de druk van de Woordenlijst was noodig, omdat de 2de was uitverkocht. Voor zoover de T.C. kan beoordeelen, is de belangstelling voor den nieuwen druk nog grooter dan voor zijn voorganger. Noode miste de T.C. hierbij de voorlichting van wijlen Prof. Dr. Verdam en den Heer Marc. Emants.
Omtrent den arbeid der T.C. licht Neerlandia de leden van het A.N.V. slechts gedeeltelijk in; van het z.g.n. stille werk merken ze niets, tenzij zij er zelf aan mee doen. Het is der T.C. tenslotte aangenaam te