Frissche wind.
'k Mag zoo graag van Holland hooren,
Dat het had een stoer geslacht,
Mannen voor de zee geboren,
Op de baren grootgebracht.
'k Mag zoo graag van Holland hooren,
Dat het kloek en onversaagd,
Durf had en dat de aard nog sporen,
Van zijn koene tochten draagt.
'k Mag zoo graag van Holland hooren,
Dat de kunst er vorsten vond
En 't in kennis, uitverkoren
Aan de spits der volken stond.
'k Mag zoo graag van Holland hooren,
Dat het, zelf in bangen nood,
Al wie have en goed verloren,
Liefd'rijk opnam in zijn schoot.
Mocht ik steeds van Holland hooren,
Dat in daden, groot en rein,
En in fierheid als te voren
't Kleine land nog groot kan zijn.
Dit is een der vele vaderlandsche liederen uit den bij P. Noordhoff te Groningen pas verschenen bundel volksliedjes ‘Frissche Wind’ van den volksdichter G.W. Lovendaal, met prentjes van Tjeerd Bottema. De prijs is f 2.50, geb. f 3.50.
Een aanwinst voor het Nederlandsche lied en voor onze toondichters een keur van begeerlijke teksten.