Zuid-Afrika.
Het Ned. Lied in Zuid-Afrika.
Na een afwezigheid van drie en dertig jaren had ik het voorrecht mijn Vaderland en familie weer te zien. Ik kwam slechts voor een korten tijd op mijn rondreis naar Amerika en vond Oud-Nederland in feestgewaad. Overal bloemen en boomen in vollen tooi en overal hetgeen wij in Afrika zoozeer missen, prachtige waterpartijen!
Een der hoofdredenen, waarvoor ik Holland bezocht, is wel goede Hollandsche muziek hier uit te zoeken, daar 't mij gelukt is ook Hollandsche liederen op het programma der muziekfeesten te Pretoria te plaatsen. Ik was verrast zulke werkelijk uitstekende composities te vinden.
De heer Hullebroeck had ons in Pretoria en Johannesburg reeds op zijn voordrachten vergast en twee zijner liederen maakten veel opgang ook bij den muziekwedstrijd door de Engelsche kerk uitgeschreven, waar ik het genoegen had het Hollandsch op den voorgrond te plaatsen en door Afrikaansche, Hollandsche en Engelsche leerlingen te laten uitvoeren.
Waarom is zoo weinig van die schoone muziek, met zuiveren Hollandschen tekst, bij ons in Transvaal bekend?
Het doet mij leed mijn heerlijk Vaderland reeds weer zoo spoedig te moeten verlaten, daar ik slechts blijde verrassingen op ieder gebied heb mogen ondervinden.
Amsterdam, 19 Juni 1921.
H.C.M. BAL-VAN LIER.
De geachte schrijfster dezer betuiging van warme genegenheid voor het oude vaderland is bestuurster van de Muziekschool te Pretoria en van een afdeeling te Johannesburg. Zij kan dus veel doen om het Nederlandsche, Vlaamsche en Afrikaansche lied in Zuid-Afrika ingang te doen vinden. Het is van genoegzame bekendheid, dat het in muzikaal opzicht de mededinging met Engelsche songs glansrijk kan doorstaan. Maar dan moeten onze uitgevers ook zorgen, dat het Nederlandsche lied verkrijgbaar is. Voor meer bekendheid zullen dan krachten als Mevr. Bal-Van Lier wel zorg dragen.
Men zal zich herinneren, dat Neerlandia voor Kaapstad een prachtige verzameling liederen - dank zij de vrijgevigheid van toondichters en uitgevers - heeft bijeengebracht en hoe Mevr. Loopuyt-Maas daar een soort Muzikale Monsterkamer heeft ingericht. Laten zij ook voor Transvaal een dergelijke liederenbibliotheek helpen stichten. De schrijfster van bovenstaand sympathiek stukje zal gaarne de dubbele rol van bewaakster en propagandiste vervullen.
Wie een Nederlandsch, Vlaamsch of Afrikaansch lied missen kan, zende het voor bovengenoemd doel aan den heer S. van Lier Ez., Nassaukade 358, Amsterdam.
Red.