de Nederlandsche vlag uit over de kleine tafel aan den voet van den preekstoel, terwijl het orgel zich liet hooren. Daarop hield de predikant, die met een Hollandsche is gehuwd, in goed Nederlandsch een schoone en pakkende rede, waarin hij wees op den band met het vaderland, op de plichten van den Nederlander in den vreemde, ook ten opzichte van zijn land en op de noodzaak van het vasthouden aan de goede zeden en gebruiken aldaar. Hij hield ons daarbij het voorbeeld voor, gegeven door onze Koningin en Haar Huis, en bad daarop voor Haar en de Haren, ons volk en ons allen.
Een nieuwe band is op dien dag om ons geslagen.
De Gezant hoopt ook andere geestelijken, van verschillenden godsdienst, voor het leiden van dergelijke bijeenkomsten bereid te vinden en heeft thans aan eenigen onzer de wenschelijkheid en de mogelijkheid ter overweging voorgelegd om een Nederlandsch geestelijke te beroepen, die op afwisselende plaatsen algemeene godsdienstoefeningen zou houden en tevens bereid zou zijn om eenig onderwijs te geven aan Hollandsche kleine kinderen in dit land in de Nederlandsche taal, geschiedenis en aardrijkskunde. Misschien zou hij ook enkele voordrachten kunnen houden in de Fransche taal over Nederland en Nederlandsch-Indië voor een Rumeensch publiek. De moeilijkheid doet zich gelden, dat de Nederlanders in Rumenië zeer verspreid wonen en de verkeersmiddelen hier sedert den oorlog uitermate gebrekkig zijn, terwijl voorts de kinderen grootelijks verschillen van leeftijd.
De enkele R.-C. geestelijken van Hollandsche nationaliteit wonen ver van de plaatsen, waar wij gevestigd zijn.