In Vlaanderen Vlaamsch.
In ‘De (Brusselsche) Standaard’ van 3 Maart werd het volgende opgemerkt over een van de Nederlandsche Kamer van Koophandel te Brussel uitgeganen rondzendbrief:
‘De “Chambre Neerlandaise de Commerce” te Brussel wil een handje toesteken om de Utrechtsche Jaarbeurs in België bekend te maken. Ze wendt zich natuurlijk eerst tot de anti-Hollandsche pers voor hare bekendmakingen, en om ook de Vlaamsche pers niet geheel te vergeten, stuurt ze ook aan het Vlaamsch “Handelsblad” van het Vlaamsche Antwerpen, een aankondiging in 't Fransch!
Wij vragen aan de Hollanders niet, dat ze ons helpen. We zullen ons zelf wel redden. Maar zouden ze niet een beetje meer ons eergevoel kunnen ontzien?’
Het A.N.V. heeft zich als lid der Kamer, maar in het bijzonder als Vereeniging, die strijdt voor de handhaving en verbreiding van de Nederlandsche taal, tot het Bestuur der Kamer gewend, met de meening, dat bedoelde aankondiging aan de Vlaamsche bladen in het Nederlandsch had behooren te zijn gesteld, daar Nederlandsche instellingen in het buitenland onze nationaliteit ook in haar openlijk optreden zoo veel mogelijk dienen hoog te houden.
Het Bestuur der Nederl. Kamer van Koophandel in België heeft daarop het volgende bevredigende antwoord gezonden:
‘Wij kwamen in het bezit van Uw geacht schrijven dd. 11 dezer aangaande publiciteit in de Vlaamsche pers, naar aanleiding waarvan wij de eer hebben U het volgende mede te deelen.
Het budget, ons voor publiciteit door de Utrechtsche Jaarbeurs ter beschikking gesteld, werd door ons overhandigd aan een publiciteits-bureau, hier ter stede, met verzoek daarvan het meest doeltreffend gebruik te maken.
Dit bureau is voor dergelijke ondernemingen speciaal bevoegd, en ontving trouwens van het Uitvoerend Comité der Brusselsche Jaarbeurs dezelfde opdracht inzake publiciteit als van ons.
Wij waren verre van te vermoeden dat het onze advertenties, aan de Vlaamsche pers in het Fransch zou toevertouwen.
Wij zijn het natuurlijk geheel met U eens, dat die aankondigingen in het Nederlandsch hadden behooren te zijn gesteld. O.i. hadden bedoelde Vlaamsche bladen zich wel de moeite kunnen geven ons hieromtrent te raadplegen.
Gedane zaken nemen geen keer, doch wij kunnen U de stellige verzekering geven, dat in het vervolg door ons zorg zal worden gedragen, dat zulke voorvallen zich niet herhalen, daar wij met U voelen, dat Nederlandsche instellingen in den vreemde geroepen zijn de moedertaal hoog te houden, wat wij trouwens te allen tijde, zooveel in ons vermogen lag, hebben gedaan.’
Leden van het Algem. Nederl. Verbond.
Verzamel boeken, tijdschriften en kranten voor de Boeken-Commissie.
Adres: Van der Duynstraat 63, Rotterdam.