Neerlandia. Jaargang 24

Van de Afdeelingen.

Amsterdam.

De in het vorig nummer aangekondigde Vlaamsche avond is uitgesteld tot 9 Januari a.s.

Arnhem.

Bestuur: P. Ribbius, voorzitter; Jhr. J. Beelaerts van Blokland, plaatstverv. voorzitter; W.G. Wieringa, secretaris; Jhr. F.W.L. de Beaufort, penningmeester; S. Reynders, afgev. Groepsraad; mej. M.M. Couvee; H.J.M. Baumann.

Delft. (Stud.-Afd.)

De tweede secretaris schrijft:

Woensdag 26 November sprak voor onze Afdeeling Adam Boshoff, de vurige Zuid-Afrikaansche nationalist, die twee keer, in 1900 en in 1914 voor Zuid-Afrika's vrijheid gevochten heeft.

De heer Boshoff vertelde van de jongste poging om Zuid-Afrika los te maken van Engeland, van den opstand in '14. Hij vertelde hoe het kleine groepje ‘rebellen’ ten slotte voor de Engelsche overmacht moest wijken en hoe hij en anderen naar Duitsch Zuid-West-Afrika vluchtten. Boshoff sprak van zijn aandoe-

[p. 7]

ningen bij het verlaten van zijn geboortelànd, van zijn wanhoop op dat oogenblik na het verliezen van zooveel kameraden in den oorlog zonder nog een resultaat bereikt te hebben. Toch zijn die menschen niet voor niets gesneuveld, vond Boshoff, het zaad, daar in den grond gevallen is een boom geworden. Was voor '14 de nationale beweging in Zuid-Afrika vrij slap, nu is ze sterker dan ooit. Zelfs in de Kaapkolonie streeft men geestdriftig naar onafhankelijkheid.

Zeer boeiend was Boshoff's verhaal van zijn tocht dwars door donker Afrika. De hoorders gingen met Boshoff mee, toen hij vertelde van zijn avonturen in de wildernis, van zijn ontmoetingen met wilde dieren en met boesmans. Ze waren allen blij toen Boshoff na vele ontberingen geleden te hebben ten slotte toch zijn doel, Portugeesch West-Afrika bereikte. Minder ingenomen waren ze met Boshoff's interneering in Portugal. Ook daaraan echter kwam een eind en zoo is Boshoff nu in Holland, waar hij zijn best doet om de banden die Holland en Zuid-Afrika verbinden, nauwer aan te halen. Toch zou de heer Boshoff nog het allerliefst dadelijk naar zijn land, het zonnige Transvaal, terugkeeren, als hij, banneling, dat maar kon. Bij het sluiten van de vergadering sprak de voorz. de hoop uit, dat aan Boshoff gauw amnestie mocht verleend worden, opdat hij en zijn vaderland, niet langer van elkaar gescheiden zouden blijven. Dat de vergadering daarmee instemde, bleek wel uit de krachtige toejuichingen, die hierop volgden.

's-Gravenhage.

27 Nov. had de tweede Dietsche kunstavond plaats. Hij was gewijd aan Peter Benoit, den grooten Vlaamschen toonkunstenaar. Er was wederom veel belang. stelling. Eveneens 27 Dec. toen Dr. Tenhaeff sprak over Frans Hals bij mooie lichtbeelden.

Utrecht (Jongel.-Afd.).

Zaterdag 22 Nov. feestavond in het gebouw voor K. en W.

De voorzitter, P.J. Vellinga, opende den avond met een hartelijk welkomstwoord en zette voor de aanwezigen het doel van 't Verbond uiteen. Nadat 't Wilhelmus en 't A.N.V.-lied gezongen waren, gaf de voorzitter het woord aan Dr. René de Clercq; terwijl deze naar 't podium ging zette het strijkje de ‘Vlaamsche Leeuw’ in, dat door allen geestdriftig werd meegezongen. Dr. De Clercq hield toen een prachtige, boeiende lezing over zijn gedichten na 1914.

Na Dr. De Clercq zong de heer Goossens Nederlandsche liederen, waarbij hij door den heer Van Oort werd begeleid.

Tenslotte bracht de heer Burlage nog een paar komische voordrachten ten tooneele.

De avond, die over 't geheel goed geslaagd mag heeten, werd besloten met een gezellige danspartij.

Tenslotte nog een woord van hulde aan onzen dirigent v.d. Meij, die 't pas opgerichte A.N.V.-strijkje na korte oefening wist te brengen tot wat het 22 November was.