Neerlandia. Jaargang 24
(1920)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdNederland.Beknopt overzicht van den Groepsraad op Zaterdag 13 December 1919 te Utrecht.Aanwezig: S.v. Lier Ez. (Burger-Afd. Amsterdam); mej. Z. Prak (Afd. Apeldoorn); S. Reynders (Afd. Arnhem); E.v. Everdingen (Burg.-Afd. Delft); H.G.C. Cohen Stuart (Stud.-Afd. Delft); W.J. Lugard (Burger-Afd. Deventer); P.J. de Kanter (Afd. Dordrecht); K.E. Oudendijk (Burg.-Afd. Den Haag); | ||||||||
[pagina 5]
| ||||||||
F.L.v.d. Leeuw (Jongel.-Afd. Den Haag); F.K.v. Ommen Kloeke (Burger-Afd. Groningen); H.P. Schaap (Stud.-Afd. Groningen); Dr. J.B. Schepers (Burg.-Afd. Haarlem); E.B. Moolenaars Jr. (Jongel.-Afd. Haarlem); Mr. K.M. Phaff (Afd. 's-Bosch); Dr. S.A. Waller Zeper (Afd. Leeuwarden); Mr. Dr. J. Eysten (Afd. Nijmegen); D.J. Tyssens (Burger-Afd. Rotterdam); C. Visser Jr. (Jongel.-Afd. Rotterdam); Mr. W.H.M. Boers (Burger-Afd. Utrecht); J.H. Sebus (Stud.-Afd. Utrecht); P. Vellinga (Jongel.-Afd. Utrecht); Prof. Dr. J. Valckenier Suringar (Burger-Afd. Wageningen); Dr. F. Buitenrust Hettma (Afd. Zwolle); benevens de plaatsvervangende Groepsraadsleden Mr. A.C.v. Daalen (Wageningen); Jac. Post (Utrecht) en C. van Son (Dordrecht), secretaris.
Voorzitter: P.J. de Kanter. | ||||||||
Punt I. Notulen der vergadering van 4 October 1919.Deze worden onveranderd goedgekeurd. | ||||||||
Punt II. Ingekomen stukken en mededeelingen, o.m.:Voortaan zullen plaatsvervangende leden ook vrijheid hebben ter vergadering te verschijnen, doch buiten bezwaar der Groepskas, indien het Groepsraadslid ook is verschenen.
In plaats van den heer M. Emants is tot lid van den Groepsraad voor Afd. 's-Gravenhage benoemd de heer Kapt. K.E. Oudendijk.
De heer Oudendijk wordt in plaats van den heer Marc. Emants benoemd tot afgevaardigde van den Groepsraad in de Vereeniging Nederlandsch Fabrikaat.
Door de bemoeiïngen der heeren L.L.W. van Soest en H.G.C. Cohen Stuart, is de Stud.-Afd. Groningen wederom opgericht, onder leiding van den heer H. Schaap.
Mededeelingen over de afdracht der Afdeelingen en aanvragen om subsidie.
De secretaris hangt een droevig beeld op der achterstallige schulden van verscheiden Afdeelingen, die, zich niet storend aan de bepaling, dat de verplichte afdracht vóór 31 Maart moet zijn gezonden, zelfs nu in December nog niet alles, sommigen zelfs niets hebben afgedragen en ook over vorige jaren nog schuld hebben. Het zijn: Amsterdam (Stud.-Afd.); Amsterdam (Stud.-Afd. Vr.-Univ.); Delft (Stud.-Afd.)Ga naar voetnoot*); Enschedé; 's-Gravenhage (Burg.-Afd.); Groningen (Burger-Afd.); Haarlem (Jongel.-Afd.); Helmond; Utrecht (Burger-Afd.); Utrecht (Stud.-Afd.); Utrecht (Jongel.Afd.); Wageningen (Stud.-Afd.). Het behoeft geen betoog, dat daardoor de werkzaamheid der Groep zeer wordt belemmerd, ook dat aan aanvragen om subsidie van werkzame Afdeelingen moeilijk kan worden voldaan. Een ordelijke gang van zaken eischt: eerst volledige afdracht, dan zoo noodig subsidie vragen, niet eerst het geld opmaken en dan zich onmachtig verklaren. Na eenige gedachtenwisseling spreekt de Groepsraad zijn teleurstelling uit over het niet nakomen harer verplichtingen door verschillende Afdeelingen en draagt het Dagel. Bestuur op de nalatigen te sommeeren vóór 1 Maart a.s. aan hun verplichtingen te voldoen, opdat in de volgende Groepsraadsvergadering ten opzichte dezer Afdeelingen een besluit kan worden genomen. Aan de Afdeeling Nijmegen wordt een subsidie van f 100. - en aan de Jongel.-Afd. Den Haag een crediet van f 100. - toegestaan. | ||||||||
Punt III. Verkiezing van het Dagel. Bestuur.De voorzitter deelt mede, dat een aanbevelende candidatenlijst van het waarn. Dagel. Bestuur is rondgezonden en een eenigszins afwijkende door Den Haag en Delft namens een 10-tal Afdeelingen. Spr. verklaart de keuze van het Dagel. Bestuur, dat daarbij de belangen van verschillende partijen en oorden des lands in het oog hield. De heer Oudendijk wenscht bij de aanbeveling der tweede lijst een enkel woord over den strijd in Groep Nederland in het midden te brengen en meent, dat er niet zulk een groot verschil tusschen beide partijen bestaat. Hij brengt daarvoor in herinnering de bijeenkomst te Noordwijk in den zomer van dit jaar, toen het Dagel. Bestuur een adresbeweging op touw wilde zetten tegen het annexionisme. Toen is daar aan het stormige strand in het kleine comité, onder voorzitterschap van den heer De Kanter gebleken, dat er eenswillendheid bestond, ook dat als goedwillenden bij verschil van meening eens openhartig met elkaar spreken, meestal veel wordt opgehelderd. Spr. leest een fragment voor uit het rondschrijven van het waarn. Dagel. Bestuur over het doel van het A.N.V. en onze verhouding tot de stamverwanten, waarmede zelfs de meest weerspannige Afdeeling het eens moet zijn. Wat ons scheidt is meer een misverstand, een verschil over de middelen, niet over het doel. Voor de inwendige zending, den strijd tegen de dreigende ‘vreedzame doordringing’, heeft Groep Nederl. meer geld noodig dan waarover zij beschikt. Ook moet zij meer zelfstandig worden. Hoofdbestuur en Groepsbestuur zijn niet voldoende uit elkaar gehouden. Zoo had b.v. de ongetwijfeld geslaagde anti-annexatie-betooging te Utrecht in Maart van het Groepsbestuur, niet van het Hoofdbestuur moeten uitgaan. Het Nederlandsche volk moet bewerkt worden en daarvoor is zelfstandigheid der Groep noodig. De voorzitter zegt, dat zijn streven altijd is geweest de besprekingen bij verschil van meening in aangenamen toon te houden en hij verheugt zich, dat Kapt. Oudendijk veel overeenstemming en gelijkgestemdheid heeft opgemerkt. Voor Nederland is thans een mooie taak weggelegd, politiek, intellectueel en economisch, maar dan moet het zijn bekrompenheid, te zonderlinger bij een zoo groot koloniaal bezit, laten varen en vooral breed handelen. Wij staan op een tweesprong en moeten weten te grijpen. Als het volk zich angstvallig oprolt in een hoekje komt daar niets van. Laat Groep Nederland van het A.N.V. het voorbeeld geven, de leiding te nemen in de nationale beweging. Maar laat men dan niet peuteren aan de verhouding tusschen Hoofd- en Groepsbestuur. Er staan te groote belangen op het spel ten opzichte onzer nederzettingen en koloniën. Daar ligt de hoofdrol van het Hoofdbestuur en Groep Nederland moet het daarbij tot ruggesteun zijn. Dat sluit niet het werken aan een eigen programma uit. Maar eerst moet het ten opzichte van het Hoofdbestuur doen wat de Afdeelingen verplicht zijn tegenover de Groep. De finantiëele eischen moeten gehandhaafd blijven en men moet geen vrijheid krijgen te grijpen naar de kas. Wil men het A.N.V. zuiver houden, dan beperke men de bemoeiïngen van Groep Nederland binnen hare grenzen en bemoeie zich b.v. niet met de binnenlandsche politiek van België. De heer Oudendijk constateert, dat we hoe langer hoe dichter bij elkaar komen. Alleen acht hij het te behooren tot de roeping van Groep Nederland en de Afdeelingen om belangstelling te toonen in het lot der stamverwanten over de geheele wereld. Maar het geschiede onpartijdig. De uitslag der stemming is, dat tot Groepsbestuurders worden gekozen de heeren:
| ||||||||
[pagina 6]
| ||||||||
Punt IV. Verkiezing van den Raadvan Bijstand.Deze wordt als volgt samengesteld: C.J.K. van Aalst, President Nederl. Handel-Maatschappij, Amsterdam; Mej. E. Baelde, Onder-Voorzitster A.N.V., Rotterdam; Prof. Dr. H. Bavinck, Hoogleeraar aan de Vrije Universiteit, Amsterdam; Mr. A.J.L. van Beeck Calkoen, Referendaris O.K. en W., Den Haag; E. Bergsma, Voorzitter A.N.W.B., Lid der Eerste Kamer, Enschedé; Prof. Dr. P.J. Blok, Hoogleeraar, Leiden; Mevr. D. Bogaert-De Stürler de Frienisberg, oudlid Groepsbestuur A.N.V., Utrecht; Mr. J.P. Fockema Andreae, Burgem. van Utrecht; Mr. B. de Gaay Fortman, Algem. Secretaris-Penningmeester A.N.V., Dordrecht; F.M.L. Baron van Geen, Part. Secr. van H.M. de Koningin, Den Haag; Jhr. Mr. D.J. de Geer, Lid Tweede Kamer en Gedep. Staten, Den Haag; Mr. J.J.I. Harte van Tecklenburg, oud-Minister van Financiën, Den Haag; Mr. A.J.A.A. Baron van Heemstra, Burgemeester van Arnhem; Mr. Dr. E. van Ketwich Verschuur, Burgemeester van Groningen; Mr. F.J. van Lanschot, Burgemeester van 's-Hertogenbosch; Mr. J. Limburg,oud-lid Tweede Kamer, Lid van Gedep. Staten van Z.-H., Den Haag; Jhr. H. Loudon, Directeur der Kon. Petroleum-Mij., Den Haag; Prof. Dr. W. Martin, Direct. Mauritshuis, Den Haag; Jhr. Mr. G.A.K. Michiels van Kessenich, Lid Hoofdbestuur A.N.V., Roermond; Mr. F.S. van Nierop, Directeur der Amsterdamsche Bank, Amsterdam; Ds. J.N. Pattist, Predikant, Aardenburg; Mr. J.A.N. Patijn, Burgemeester van 's-Gravenhage; Prof. Mr. D.G. Rengers Hora Siccama, Hoogleeraar, Utrecht; Jhr. J.C.C. Sandberg, Directeur Landverhuizing, Den Haag; Jhr. Mr. W.H. de Savornin Lohman, President Hoogen Raad, Den Haag; Dr. A.A. van Schelven, Hoogleeraar Vrije Universiteit, Amsterdam; D.W. Stork, Industrieel, Hengelo; Mr. G. Vissering, President Nederl. Bank, Amsterdam; Dr. F.G. Waller, Industrieel, Delft; Th. van Welderen Baron Rengers, Oenkerk; Mr. J.A. de Wilde, Wethouder, Den Haag; Mevr. W. Wynaendts Francken-Dyserinck, Den Haag; I. IJssel de Schepper, Industrieel, Gouda.
Besloten wordt hem in de volgende Groepsraadsvergadering, desverlangd, aan te vullen. | ||||||||
Punt V. Verkiezing van 5 afgevaardigden in het Hoofdbestuur.Uitgesteld tot de volgende Groepsraadsvergadering (Maart 1920). | ||||||||
Punt VI. Begrooting voor 1920.Na verdediging door den waarn. secretaris-penningmeester, wordt zij onveranderd aangenomen. (Zie hierachter). | ||||||||
Punt VII. Mededeelingen van Mr. H. van de Rivière over het Nationaal Secretariaat.Medegedeeld wordt, dat de heer v.d. Rivière bericht heeft niet ter vergadering aanwezig te kunnen zijn. De onderhandelingen over samensmelting van het Nationaal Secretariaat met Gro Nederland van het A.N.V. zullen worden voortgezet. | ||||||||
Punt VIII. Huishoudelijk Reglement.Dit wordt na enkele opmerkingen goedgekeurd.
Na nog eenige besprekingen brengt de heer Lugard dank aan de heeren De Kanter en Van Son, die het scheepje van Groep Nederland in veilige haven hebben geloodst. De voorzitter spreekt zijn vertrouwen uit in het nieuwe Groepsbestuur en doet een beroep op den Groepsraad, om zich te scharen om Groeps- en Hoofdbestuur, ten einde de eenheid in het Verbond te bevorderen. De secretaris spreekt ook een woord van dank voor het vertrouwen, dat men 18 jaar lang in hem heeft gesteld en voor de medewerking, die hij van de meesten mocht ondervinden. Als administrateur van het Hoofdbestuur hoopt hij nog vaak gelegenheid te vinden de belangen der Groep Nederland mede te blijven behartigen. C. VAN SON. |