Neerlandia. Jaargang 21
(1917)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdSuriname.Van een en ander.‘Arbous is gekomen, de langverwachte’ - aldus Suriname van 16 Maart.
‘In onze samenleving, waar echte kunst zoo weinig doordringt, zijn de herinneringen aan het Hollandsch ensemble (waarvan Arbous zelf deel uitmaakte), dat ons, nu 10 jaar geleden, voor het eerst echte Hollandsche kunst deed genietenGa naar voetnoot1), en aan Vogel, die al bijna vier jaar geleden Paramaribo veroverde met zijn voordrachten, zoo levendig, dat de aankomst van Gerard Arbous met blijde verwachting werd tegemoet gezien.’ Volgens De West van denzelfden datum dacht Arbous vier avonden voordrachten te geven en daarna een groote voorstelling met medewerking van dilettanten. * * * | |
[pagina 117]
| |
Bij de lessen met lichtbeelden, die door de Haagsche Commissie van lichtbeelden voor onderwijs, in de school aan de Van Dijckstraat te 's-Gravenhage in Mei zijn gegeven, is eene bespreking gehouden over Suriname door den heer Herm. J. Jacobs (oud-hoofd van de Emma-school in Paramaribo). * * *
In de Suriname van 3 April j.l. lezen wij: ‘Het rapport van den heer Witteveen in zake de Seadefence in Britsch-Guyana is verschenen en is er met ingenomenheid aanvaard. Alleen over de vertaling, verricht door een Engelschman in Demerary, is men niet tevreden en aan het Bestuur is gevraagd die te laten overdoen. In de Combined Court is een motie van dankbetuiging aan den heer Witteveen aangenomen en is een som van £ 250 (f 3000) beschikbaar gesteld, met verzoek bij den heer Witteveen aan te dringen deze som als honorarium aan te nemen. Naar het gerucht wilde, zou ons Bestuur niet wenschen, dat de heer W. honorarium voor zijn arbeid ten behoeve van de zusterkolonie aannam.’
* * * ‘Uit onze omgeving’ is de titel van een leesboekjeGa naar voetnoot2) voor Surinaamsche scholen, door de heeren Herm. J. Jacobs (oud-onderwijzer te Paramaribo) en Julius W. Lobato, (Hoofd van de Emma-school te Paramaribo) voor het derde leerjaar bestemd. Een gelukkige gedachte der schrijvers om het Surinaamsche kind leesstof te geven aan zijne omgeving ontleend. Reeds lang bestond hieraan groote behoefte, daar de in gebruik zijnde leesboeken, voor de Hollandsche jeugd geschreven, niet zelden geheel ongeschikt bleken voor de scholen aldaar. De teekenaar Jan Sühl heeft het boekje van aardige duidelijke plaatjes voorzien, die de jeugdige lezers onmiddellijk verplaatsen in het land waarvoor dit goed uitgevoerde leesboekje is bestemd. Een 2e deeltje is - naar wij vernemen - al reeds ter perse. |
|