bedoeling van de gevers, met welke zienswijze het Comité zich geheel heeft vereenigd.
Hier is nu eens niet de heer Tillema aan het woord, maar niemand minder dan de Gouverneur-Generaal in hoogst eigen persoon, die ons komt verzekeren, dat de toestanden op woninggebied in de steden van Batavia en Semarang zeer treurig zijn en dat Z.E. niet door verslagen, maar door eigen aanschouwing tot deze verzekering is gekomen! En als nu blijkt, dat het in Batavia en Semarang zoo treurig is gesteld met den woningtoestand, dan mogen wij nu toch ook wel aannemen, dat de heer Tillema een juist beeld gaf van den toestand van geheel Indië, al ontbrak het voor dezen niet aan menschen, die meenden, dat Tillema in de door ons besproken werken (zie Neerlandia, No. 3, blz. 35 en No. 5, blz. 56) overdreef. Sinds de G.-G. diens woorden zoo duidelijk heeft bevestigd, zal wel niemand meer aan overdrijving van de zijde van Tillema gelooven.
Gevolgtrekking ofte wel zedeleer: Wij zijn het geheel eens met den heer Rhemrev, sprekende over Indië Weerbaar, als hij zegt, dat wij eerst volledige zekerheid moeten hebben omtrent de veiligheid van ons Indisch huis, alvorens dit naar behooren in te richten. Wij hopen ook, dat Rhemrev's woorden ingang zullen vinden in de harten van het Nederlandsche volk en vooral van het regeerende deel daarvan; maar als dan en wij hopen spoedig de gewenschte zekerheid is verkregen, dan mag er ook geen minuut gewacht worden met Indië gezond te maken. De heer Rhemrev heeft op loffelijke wijze ons volk gewezen op de gevaren van een vijand buiten de grenzen; de heer Tillema op even loffelijke wijze op den niet minder te duchten vijand binnen de grenzen, in den vorm van allerlei ziekten!
Th.G.G. VALETTE.
's-Gravenhage, 17 Mei 1917.