Buitenland.
Afd. Berlijn.
Het Bestuur meldt ons:
Zondag, den 13den Mei vierde bovengenoemde vereeniging haar ‘Julianafeest 1917’. Ondanks het tamelijk vroege begin en het prachtige wandelweer was het bezoek zeer goed te noemen. Wat dan ook geboden werd, was werkelijk de moeite waard gezien en genoten te worden.
De voorzitter, de heer Jos. Schellekens, opende den avond met voorlezing der met het koninklijk huis gewisselde telegrammen, een kort woord van welkom en een krachtige onderstreeping van de beteekenis van den 30sten April. Opgewekt klonk daarna o.m. het ‘Wien Neerlandsch Bloed.’
Zeer goede symphoniemuziek luisterde den avond op. Komische duetten, als b.v. het wel is waar al oude, maar daarom hier voor Berlijn juist zeer aanlokkelijke ‘Paartje van Monnikendam’, door mej. en den heer Schellekens heel goed voorgedragen en mooie zangnummers van Mej. Hetty Siekmeyer wisselden elkaar af.
Het kluchtspelletje ‘Een Huis met Commensaals’ van Mannoury werd door de dames Zilversmit, Schellekens en van Dinteren en de heeren van Stralen, Riddering, van der Sande en Kemper tot aller tevredenheid opgevoerd.
Het slot vormde de ‘Juliana-Beurtzang’ van Jos. Schellekens. De dames v. Dinteren, v. Dooremaal, Riddering, Schellekens, Stroothenke en Zilversmit, in nationale kleederdracht, die ons de provincies Noorden Zuid-Holland, Zeeland, Friesland, Groningen en Noord-Brabant voortooverden, zongen twee openingsverzen, om daarna met een begroetingshymne Vrouwe ‘De Tijd’ (Mej. Hetty Siekmeyer) te verwelkomen, die in korte trekken de historische beteekenis der namen van 't prinsesje bezong.
Hierna trad Paul Krüger (de heer W. van Stralen) op, die, uitstekend als zoodanig gegrimeerd, in Tranvaalsch-Hollandsch op zang, de koninklijke familie en het stamverwante land huldigde.
Ten slotte trad de Nederlandsche Maagd (Mej. van Dinteren) op, begeleid door een Javaansch en Surinaamsch vorst (de H.H. Kemper en Schoof), om naar de bekende en hier zoo geliefde melodie van het ‘Nederlandsch Dankgebed’ een drietal verzen te zingen, toepasselijk op het feest van den dag.
Dit slot, door de heerlijke belichting nog mooier uitkomend, was een ware oogenlust.
Wanneer wij nu nog mededeelen, dat de heer van der Sande met z'n bijzonder talent de aanwezigen op een paar aardige voordrachten vergastte en Mevrouw Siekmeyer uitstekend voor de pianobegeleiding van den Juliana-Beurtzang zorgde, dan gelooven wij, dat we niemand, die tot het welslagen van dezen mooien en genoegelijken avond heeft bijgedragen, over het hoofd gezien hebben.
De Nederlandsche Vereeniging heeft met dit Julianafeest een levenskracht getoond, die haar in de toekomst zeer ten goede zal komen