Neerlandia. Jaargang 20

[p. 247]

Nederland.

Comité voor Nederlandsche kinderen in den vreemde.

Er is in het afgeloopen jaar op Nederlanders en stamverwanten weder heel vaak een beroep gedaan, waar het gold steun en hulp te verleenen aan slachtoffers van den Wereldoorlog.

En toch, zoo één weldadigheidscomité aanspraak mag maken op den steun aller leden van het A.N.V., dan is het zeker wel het Comité voor Nederlandsche kinderen in den vreemde, waarvan oprichting en doel reeds enkele malen in Neerlandia werden vermeld en dat sedert zijn werkzaamheden heeft kunnen aanvangen door Nederlandsche kinderen uit het buitenland, die tengevolge van ondervoeding beter lichamelijke verzorging dringend noodig hebben, in ons land onder dak te brengen.

Men weet dat buiten onze grenzen, vooral in Duitschland, duizenden Nederlandsche gezinnen wonen, die al het lijden van een land in oorlog ondervinden en in de eerste plaats hulp voor hunne kinderen vragen, kinderen dus van ons volk.

De wapenspreuk van het A.N.V. is: Met raad en daad voor Volk en Stam.

Hier wordt een daad verricht van onverdacht stambelang. Hoofd- zoowel als Groepsbestuur hebben dan ook niet geaarzeld het Comité, dat na overleg met het Dagel. Bestuur is opgericht, alle medewerking, zoowel geldelijk als zedelijk, toe te zeggen.

Het beroep op de leden vond weerklank en uit de in dit nummer openbaar gemaakte eerste lijst van bijdragen¹⁾ blijkt, dat men het Amsterdamsche Comité met ingenomenheid bezig ziet aan zijn menschlievende taak.

Eenige werkzame Afdeelingen hebben reeds plaatselijke Comité's gevormd en verleenen zoowel bij het inzamelen van gelden als bij ontvangst en uitbesteding van de kinderen, die reeds over de grens kwamen, krachtigen steun.

Maar natuurlijk is er veel, zeer veel noodig om het steeds groeiend aantal hulpbehoevende kleinen hierheen te doen komen en een zóó langdurige verzorging te geven, dat ze blijvend herstel van gezondheid en levenskracht tengevolge heeft.

Waar voorzitter en secretaris van de Afdeeling Amsterdam van het A.N.V., de heeren Prof. Te Winkel en S. van Lier Ez. in het Comité zitting hebben en met den voorzitter der Afdeeling Berlijn, den heer W.F. van Heusden, het Dagel. Bestuur vormen, daar kan men er zeker van zijn, dat het belang, dat zij voorstaan ook een zuiver stam- en Verbondsbelang is.

Het Comité hoopt binnenkort mededeelingen te doen over de reeds bereikte resultaten²⁾.

Men steune het naar de mate zijner krachten.

1) Zie blz. 253.

2) Even voor het afdrukken bereikt ons het bericht, dat er samenwerking is tot stand gekomen tusschen de comité's, die Nederlandsche kinderen uit Duitschland hier halen. Red.