een Commissie ingesteld, die tot taak heeft om te trachten nieuwe zangwijzen voor die Psalmen en Gezangen te vinden. 91 melodiën schijnen haar zoo goed als onbruikbaar. Zij worden hieronder aangegeven. Achter sommigen staat een vraagteeken, omdat zij meent, dat desnoods, als er geen vloeiender, mooiere nieuwe melodie te vinden is, de wijzen dezer Psalmen nog wel bruikbaar zijn, maar de andere melodiën acht ze volkomen ongeschikt. Nu wilde zij nieuwe melodiën hebben, en niet alleen de Kaapsche, maar ook de Transvaalsche en Vrijstaatsche Synoden deelen dit verlangen en daarom vraagt zij aan Nederlandsche musici en organisten en aan allen, die belang stellen in het kerkelijk leven en die de beteekenis van goed kerkgezang gevoelen, kunt gij ons niet helpen aan betere melodiën?
Wij brengen die vraag hier over, omdat wij ze van groote beteekenis achten. En we doen een dringend beroep op allen, die in staat zijn om nieuwe melodiën voor de volgende Psalmen en Gezangen te componeeren. Als de zangwijzen slechts een kerkelijk cachet dragen en niet te moeielijk zijn voor nietgeschoolde, niet-muzikaal-ontwikkelde gemeenteleden, voldoen zij aan de eischen, die gesteld worden. Zij mogen zijn ‘met lange of korte of alleen met lange noten’, zooals nu meestal in gebruik.
Zouden onze organisten, onze musici niet willen helpen? De Commissie is bereid om voor goedgekeurde melodiën een honorarium te geven, en zal dienaangaande nader worden ingelicht. Van de eerste 38 Psalmen - d.i. tot Ps. 54 - zoude zij gaarne de melodiën ontvangen vóór 20 Nov. Omdat de tijd zoo kort is, hebben wij aan eenige bekende organisten gevraagd ons hieraan, zoo mogelijk, te helpen. De andere kunnen een paar maanden later aan het adres van Dr. N. Mansvelt, Keizersgracht 389, Amsterdam, worden ingezonden. Wil men ze liever onmiddellijk aan de Commissie zenden, dan is het adres van den Scriba der Commissie Ds. J.F. Botha, Postbus 34, Tarkastad, Kaapprovincie, Nadere inlichtingen geeft, zoo mogelijk, Dr. Mansvelt.
Deze zaak is van groot belang; ik meen ook voor ons. Een nieuw Gezangboek komt te zijner tijd zeker. Wanneer de samenstellers dan kunnen beschikken over melodiën, die in een verwante kerk reeds worden gebruikt, ter vervanging van onbruikbare oude melodiën, zal dit zeker geschieden. Niet spoedig gaat iemand, zonder eenige aanleiding, arbeid voor de toekomst verrichten, vooral, wanneer die arbeid vruchteloos kan blijken. Doch arbeid te verrichten, die noodig is, en waarmee men anderen, maar later ook eigen kerk en volk kan dienen, dat is aantrekkelijk. Daarom, organisten, musici, zangers van Nederland, helpt de Kaapsche broeders in hun zoeken naar betere melodiën voor de volgende Psalmen en Gezangen:
Psalmen: 2, 4?, 5, 6?, 7?, 8, 9, 10?, 11, 12, 13, 14?, 15?, 16, 17?, 18, 20, 22?, 23, 26, 28, 30?, 31, 34, 35?, 37, 39, 40, 41, 44?, 45, 46, 48, 49?, 50, 51?, 53?, 54?, 56?, 57, 59, 61?, 62?, 63?, 64, 69?, 70?, 71, 76?, 78?, 80?, 82, 83, 85?, 87, 88, 90?, 91, 92, 94?, 96, 100, 102, 104, 106, 107?, 109, 110?, 112, 114, 115, 120, 123?, 125, 126?, 128, 129, 130?, 131, 132, 137?, 139?, 141, 142, 143, 144, 145, 146, 147?, 148, 149.
Gezangen: 24?, 26?, 30?, 35?, 37, 51, 74, 75, 76, 78, 86, 102?, 109, 125?, 131, 134, 150, 157, 170?, 172?, 173, 174, 176.
Moge deze oproep veler belangstelling wekken en velen aan den arbeid zetten.
(De Schatkamer).
J.W. PONT.
Wegens plaatsgebrek moeten verschillende stukken tot een volgend nummer blijven liggen.
Red.