Neerlandia. Jaargang 20
(1916)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdMededeelingen en allerleiPromotiestellingen en 't A.N.V.Meermalen komt het de laatste jaren voor, dat studenten, die in de rechten wenschen te promoveeren, een of meer hunner stellingen ontleenen aan een punt van het werkprogramma van het A.N.V. Zoo troffen we bij de Stellingen, waarop de heer A.L. van Blommestein, lid van het Groepsbestuur, dezer dagen is gepromoveerd tot Mr. in de rechten, de volgende aan: ‘Geen enkel staats- of rechtsbelang vordert de handhaving van het Fransch als diplomatieke taal. Integendeel is het een krenking van het Nederlandsche nationale gevoel, indien de Nederlandsche Regeering een vreemde taal gebruikt, wanneer de vreemde Regeering haar eigen nationale taal gebruikt of wanneer bij deze het Nederlandsch een der officieele landstalen is.’ | ||||||||||||||||
‘Het Nederlandsche Lied’.Deze vereeniging heeft de vorige maand haar tiende en elfde jaarverslag gezamenlijk doen verschijnen. Het eerste klinkt ‘pessimistisch’ o.m. om den achteruitgang in het ledental en het bedanken van Prof. Te Winkel als bestuurslid, een ‘gevoelige slag’. Noode ging het bestuur over tot de intrekking van de jaarlijksche subsidie, den heer Coers voor de instandhouding van diens Liederkoor toegelegd. Geen minder gunstige waardeering van Coers' Liederkoor gaf daartoe aanleiding. Van twee der leden van Coers' Koor, de heeren Willem Galesloot en G.H. Goossens, wordt met lof gewag gemaakt. Deze ‘Varende Zangers’ deden de volksliederen op verschillende plaatsen lustig weerklinken. ‘Ook het Coers' Liederkwartet staat voortdurend gereed uitvoeringen te geven. Het ontving zelfs herhaaldelijk uitnoodigingen daartoe. Maar steeds bleken de kosten voor de krachten van de uitnoodigende Afdeelingen van het A.N.V. te bezwaarlijk en moest van het denkbeeld weder worden afgezien.’ Aan de bespelers der tien belangrijkste carillons hier te lande en hun collega Jef Denijn te Mechelen, werden de bundels en boeken van den heer Coers ten geschenke gezonden. Het volledige Coers' Liederboek van Groot-Nederland ligt nu ook in de salons der passagiersbooten van de Holland-Amerika Lijn. Den leden werden toegezonden 1 bundel ‘Zeevaartliederen’, 4 bundels ‘Verhalende liederen’ en nog 2 bundels uit den ‘Nederlandsche Gedenckclank’ van Adrianus Valerius (1626), waarmede voor het eerst alle liederen uit die verzameling in uitmuntende piano-bewerking zijn verschenen. Het pessimistisch begin wordt door een opwekkend slot goed gemaakt. Het verslag toch noemt de tijden voor het Nederlandsch lied gunstig: ‘Allerwege is men zich het belang der zaak bewust geworden; allerwege spant men zich in om het lied van eigen bodem den landzaat weder gemeenzaam te maken.’ Het elfde jaarverslag maakt uitvoerig gewag van het Tuinfeest te Baarn, waarop ook de Beschermvrouwe der Vereeniging, H.M. de Koningin-Moeder, tegenwoordig was. | ||||||||||||||||
Nederland op zijn best.De Cape Times, het voornaamste Engelsche blad van Kaapstad, zegt in een lange beschrijving van de J.P. Coen, het schip van de Maatschappij Nederland: ‘Als Nederland had besloten een schip de wereld rond te zenden als reklame van wat het vermag in den bouw van een schip van de hoogst mogelijke klasse, met de mooiste en artistiekste salons en al de kleine geriefelijkheden, waar de meeste reizigers zoo zeer aan hechten, kon er geen beter schip zijn gekozen dan de mailboot Jan Pieterszoon Coen.’ Het is niet te veel gezegd, heet het verder, dat het het mooiste schip is, dat ooit in de haven van Kaapstad heeft gelegen. Het eerste-klas-salon en de rookkamer ‘zijn net musea van kunst’. En zoo voorts. | ||||||||||||||||
Volkszang in het leger.Over den zangbundel voor het Nederl. Leger, uitgegeven op last van den Minister van Oorlog, schreef de muziekverslaggever van de N. Ct. o.m.: Wanneer men deze bundel van 52 liederen bekijkt | ||||||||||||||||
[pagina 94]
| ||||||||||||||||
en bijna uitsluitend Hollandsche namen van componisten leest, komt men daarbij tot de overtuiging, dat hier nog aardig wat gecomponeerd wordt, ondanks de beweringen, dat we eigenlijk geen componisten hebben. Misschien dat ook door de ontwikkeling van den volkszang bij het leger veler oogen geopend worden voor het schoone en goede, dat onze eigen componisten hebben gemaakt. Waar belangstelling is, komt ook veelal waardeering, ziedaar het eenige waar het in ons land voor het eigen muzikaal leven aan ontbreekt. | ||||||||||||||||
Doen en laten.Een zonderling aanwendsel, sedert jaren al, is het om het werkwoord laten te pas en te onpas door doen te vervangen, - d.w.z. in de schrijftaal: de spreektaal is over het algemeen ook op dit punt nog gezond gebleven. Men kan er telkens de leelijkste of - als men wil - de grappigste voorbeelden van tegenkomen: hij doet daar een nieuw huis bouwen; ik doe mijn dochter in de muziek opleiden; hij doet zich een pak aanmeten; hij doet me de stad zien, en zoo voorts. In een advertentie lazen we: ‘Een Heer (Hollander) doet zich belasten met opdrachten naar alle wefelddeelen.’ Goed, dat hij er bij zet, dat hij Hollander is. Licht hielden wij hem anders voor een Franschman: ‘se fait charger’. Het ontbreekt er nog maar aan, dat men schrijft: hij doet een flesch bier halen; of: ik moet me nog doen scheren. Maar best mogelijk, dat men het al wel schrijft. Men zou er toe komen, als men zijn licht opsteekt b.v. bij het veelgebruikte Verklarend Woordenboek der Nederlandsche Taal door M.J. Koenen (wij raadplegen den 10en druk). Daarin wordt laten omschreven als: niet doen, nalaten, iets niet veranderen, toelaten. En al de voorbeelden dienen om het woord in die beteekenissen te toonen. Maar dat laten nog in een anderen zin bestaat, in een zin aan doen verwant, daarvan schijnt het woordenboek niet te weten. Men sla eens de Statenvertaling van den Bijbel op om de voorbeelden van laten in de beteekenis, die velen tegenwoordig alleen met doen meenen te kunnen uitdrukken, te kust en te keur te vinden. Of, eenvoudiger, men luistere naar wat het volk zegt. | ||||||||||||||||
Deurwaarderstijl.Een bekende naam trok onlangs in de krant onze aandacht: H.G. Wells. Ofschoon het ook dezelfde voorletters waren, was het echter niet de schrijver, maar een volmatroos, van wien de Staatscourant meldde, dat hem de gouden eerepenning voor menschlievend hulpbetoon, mitsgaders een loffelijk getuigschrift, was toegekend. Aldus: ‘H.G. Wells, able seaman, geïnterneerd te Groningen, wegens het door hem met levensgevaar tot staan brengen van een span hollende paarden, tusschen het Heerenplein en de Heerenstraat te Groningen, op 17 Dec. 1915, onder zoodanige omstandigheden, dat daardoor personen uit onmiddellijk levensgevaar zijn gered.’ Bravo voor den flinken Brit! Maar ach die eeuwige deurwaarderstijl: ‘wegens het door hem met levensgevaar tot staan brengen van...’! Let ook op die ‘personen’! Waarom mogen dat geen ‘menschen’ heeten? Wij weten wel, waarom die zinsvorm gekozen wordt: om kort te zijn. Reden waarom men hem in de dagbladen ook druk toepast. Kan de kortheid echter niet evengoed of beter en in behoorlijk Hollandsch in dezer voege worden betracht? ‘H.G. Wells, volmatroos, geïnterneerd te Groningen, die daar tusschen het Heerenplein en de Heerenstraat’ (moet dat er met alle geweld bij?) ‘op 17 December 1915 met levensgevaar een span hollende paarden tot staan gebracht en daardoor menschen van den dood gered heeft.’ Dat is nog korter dan in de Staatscourant. | ||||||||||||||||
Dringend verzoek aan alle leden.Onze gemachtigde, Jhr. Von Bose, die op alleszins waardige wijze de beginselen van het Algem. Nederl. Verbond in ruimer kring blijft verspreiden, zou gaarne van de leden opgaaf ontvangen van personen, bij wie zij geneigdheid veronderstellen om lid te worden. De leden van het A.N.V. kunnen dus het welslagen der propaganda door persoonlijk bezoek zeer in de hand werken, wanneer zij aan het Hoofdkantoor te Dordrecht, Wijnstraat 81, de namen en adressen opgeven van familieleden en kennissen, die daarvoor in aanmerking komen. Op het vorig verzoek kwamen reeds opgaven in, die toetreding van eenige nieuwe leden ten gevolge had. | ||||||||||||||||
Verschenen.Het Nieuwe Europa, door Mr. W.J.L. van Es. Overdruk uit Dietsche Stemmen. Havere tegen Vlaenderen, door Dr. René de Clercq. Overdruk uit Dietsche Stemmen. Alle Hens aan Dek!, door G. Polvliet. Uitgave Volksweerbaarheid. Nieuwe Nederlandsche reclameplaten der Groninger Rijwielenfabriek A. Fongers: Nederlandsch soldaat en De Mogendheden. | ||||||||||||||||
Vraag om inlichting.Wie kan inlichting geven omtrent Bouke Jacobs van Dijk, die omstreeks het jaar 1835 op Eng. Indië heeft gevaren onder den naam van Peter O Brien. 3 Aug. 1897 heeft hij uit Albany (zonder twijfel een kuststreek van Australië) den laatsten brief geschreven, onderteekend B.J. van Dijk.
- Wie kan het juiste adres meedeelen van:
| ||||||||||||||||
Verbetering.In het vorig nummer werd medegedeeld, dat voor superfosfaatfabrieken in de Vereenigde Staten ontwerpen en machines door de Nederl. fabriek van den heer F.W. Bakema te Amsterdam worden geleverd; lees: Ingenieursbureau. Wegens plaatsgebrek moet veel copie, waaronder de Nieuwe Ledenlijst tot het volgend nummer worden uitgesteld. |
|