Bladvulling.
Er is eene zaak, die de meest verspreide takken eener natie door eenen gemeenen band met den moederstam vereenigt, die aan het leven der volken kracht en voedsel geeft, en wederkeerig het leven der volken in haren schoot opneemt; de laatste herinnering, die van vroegere grootheid overblijft voor degenen, die geen vaderland meer hebben, het laatste offer, dat de dwingeland van den overwonnene kan vorderen en tot zijne eigene schade dikwijls gevergd heeft: het is de taal.
Bakhuizen van den Brink.
(Redevoering over ‘Vaderlandsliefde’ in De Gids van 1840).