Neerlandia. Jaargang 18
(1914)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdZuid-AfrikaLate haverGa naar voetnoot1).Verzuimd, niet vergeten! Verzuimd doordat wie eenmaal de taak van den gekomen dag niet heeft kunnen beheerschen, door die van den volgenden wordt gedwarsboomd. Dag komt na dag, elk met zijn eischen en de achterstand is niet in te halen. Zoo wachtte beschamend lang op een aankondiging de Geschiedenis van Zuid-Afrika voor Schoolgebruik van Dr. E.C. Godée Molsbergen, reeds in 1910 in het Hollandsch en in het Engelsch verschenen bij de bekende Londensche firma Longmans, Green & Co. Nu eerst wordt de plicht vervuld en wel naar aanleiding van een tweetal boekjes van denzelfden schrijver, voor eerstbeginnende Afrikaansche scholieren, uitgegeven ditmaal in Holland, bij Van Looy, ook in het Hollandsch en in het EngelschGa naar voetnoot2).. Terecht toch heeft Dr. Godée Molsbergen begrepen dat zijn eerste boek voor de lagere scholen te veelomvattend en in menig opzicht te moeilijk was. Dr. Godée Molsbergen is een man van groote beteekenis voor Zuid-Afrika en voor Holland beiden. Tot voor eenige jaren Professor in de Geschiedenis aan het Victoria College te Stellenbosch, heeft hij aan tal zijner leerlingen de waarde voor eigen nationaliteit ingeprent, van de beoefening der vaderlandsche historie. Bovendien heeft hij de strenge eischen in het licht gesteld aan elk historisch onderzoek verbonden, en door zijn schoolboek het onderwijs in de vaderlandsche geschiedenis van Zuid-Afrika in goede banen geleid. ‘Geen uiting bevat dit boek, die niet de toets aan de waarheid kan doorstaan; geschiedenis schrijven is een werk in dienst van eerlikheid en waarheid.’ Zoo zegt de schrijver in zijn Woord Vooraf en wij gelooven hem op zijn woord, omdat hij een nauwgezet leerling is van Prof. Blok, en omdat een streng academisch gevormden Hollandschen geschiedkundige, de zucht naar onpartijdigheid in merg en been is gevaren. Zoo een kan tekortkomingen hebben op ander gebied, aan zijn goede trouw wordt niet getwijfeld. In zijn Geschiedenis van Zuid-Afrika heeft zeer zeker Dr. Molsbergen opzettelijk noch verzwegen, noch verzacht, noch aangedikt. Klaar als hem na oordeelkundig gebruik zijn bronnen waren, even klaar heeft hij feiten, verhoudingen en toestanden weergegeven. Zuid-Afrika en Holland beiden mogen hem dankbaar zijn voor dit schoolboek, dat voor het eerst in Zuid-Afrika een zelfstandig eigen studiewerk is, wat niet van Young's bewerking van Theal's A. Little History of S.A. kan worden gezegd en nog veel minder van het beruchte boek van Sidwell. Al is in Transvaal Molsbergen's Geschiedenis van de lijst der schoolboeken geschrapt, het is een zegen voor jong Zuid-Afrika dat het bestaat. Dit heeft recht om de historie van zijn land en volk te kennen, niet enkel wat men het voor wil zetten om thans des lieven vredes wille, maar zooals zij was, ontdaan van elk partijdigheidsbejag. Wie in Holland en Vlaanderen prijs stelt op het bezit van zulk een boek, hij koope, leze en herleze het. 't Is een stuk Nederlandsche-stamgeschiedenis van groote waarde. Hoe leerrijk zijn de beoordeelingen uit de dagen van 1910, bij zijn verschijning. Het is het oude lied, verdachtmaking en haat tegen alles wat waagt te toonen welk onrecht werd begaan, maar een onrecht, dat men, al is het schoorvoetend, erkent (Port Elizabeth: The S.A. Magazine and Review, May 2). ‘Sedert Disraeli van Mr. Wordy's History of Europe zei, dat het was geschreven om te bewijzen dat de Voorzienigheid altijd op de hand der Tories was, is er niemand geweest die zoo duidelijk heeft bewezen als Dr. Godée Molsbergen, dat de Voorzienigheid zich ‘ungraciously’ heeft gedragen tegenover het heilige en onbevlekte ras der Hollandsch-Afrikaners. Maar de Voorzienigheid zal zeker blij zijn als de Doctor Haar wil vergeven en Zij voor 't vervolg zijn voorlichting bij 't besturen van het land mag aanvaarden. (John Stuart in The Star van 26 April; boven het artikel staat: Poison for Use in Schools). En zoo voort; naar deze stalen kan men de stof wel beoordeelen. Daartegenover staan ‘volledigheid bij beknoptheid; niets belangrijks overgeslagen’; ‘minder voor eerstbeginnenden, maar goed voor wie touwwijs zijn’. (Ons Land 23 April) ‘Godée Molsbergen geeft ieder het zijn’, getuige wat hij op blz. 148 en 149 over Rhodes zegt. (De Volkstem 3 Mei). Wij lezen daar o.-a. van Rhodes en Kruger: ‘Beiden zijn gehaat met felle, innige haat, zooals met alle grote mannen het geval is. Nog te dicht staan we bij hun om ieders waarde juist te schatten, maar dit zien we: ieder van beiden bereikt zijn doel, Rhodes stichtte het britse Zuid-Afrika zoals wij het nu kennen. Oom Paul stichtte een hollands-afrikaanse natie tussen Kaap en Zambesie, zich bewust van hun nationaliteit, taal en geschiedenis.’ | |
[pagina 185]
| |
Dat Rhodes, de man die geen goud bejoeg maar Britsch gezag, die door zijn testament bewees nog na zijn dood Zuid-Afrika te willen vooruitbrengen, maar enkel op voorwaarde dat alles Britsch zou zijn, voor geen middelen hoe wreed ook, is teruggedeinsd, dat heeft Dr. Molsbergen wel geweten maar zóó in zijn schoolboek gezegd, dat het vriend noch vijand kon kwetsen. Dat was zijn recht en zijn plicht, want uit zijn boek heeft hij aanstoot met zorg vermeden. 't Was een moeilijke taak dat te doen, waar zoo zwaar is misdreven, maar het is hem gelukt. Toch heeft hij niet ieder kunnen voldoen, omdat hij niet verkoos te verdonkeremanen. Hij wilde eerlijk zijn tegenover zijn taak en tegenover zich zelf, en hij is dat geweest.
De Geschiedenis van Zuid-Afrika voor Schoolgebruik eischte een aanloop. En daarvoor heeft Van Looy gezorgd, door de genoemde twee deeltjes, een A voor eerstbeginnenden en een B voor wie dat hebben doorgewerkt. Dan is men rijp voor 't grootere boek. Praktijk zal moeten leeren in hoever deze kleine boekjes den juisten toon voor kinderen hebben getroffen, maar dit staat vast, dat het ook voor grooten een nuttige lectuur is en dat niemand zich zal boklagen, als hij ze zich aanschaft en den inhoud in zich opneemt. Het lijken in hun soort modelboekjes. Dr. Godée Molsbergen, die als lector aan de Amsterdamsche Universiteit dreigde te ontvallen, is thans zooals men weet, op nieuw als zoodanig daaraan verbonden en geeft aan Zuid-Afrikaansche studenten, en anderen, zijn hoog gewaardeerde colleges in de geschiedenis van Zuid-Afrika. Als zoodanig, het zij herhaald, is hij een man van groote beteekenis voor Zuid-Afrika en voor Holland beide. |
|