germate wat er vooral in die bladen behandeld wordt.
De heeren Clignett en Smith leveren in die overzichten goed werk; de inhoud is in het zeer beknopte bestek, waarover hier beschikt kan worden, niet weêr te geven; wie op de hoogte wil zijn van hetgeen er in de Inlandsche wereld omgaat moet deze overzichten lezen.
Een beknopte beschouwing van J.H. Boeke over Sparen en Verteren, echter niet opzettelijk toepasselijk op de inlandsche maatschappij, vormt het hoofdartikel van No. 3.
Doordien de heer Buno Heslinga in zijn opwekkend artikel in No. 2 over Hollandsche lectuur voor Inlanders de propaganda voor socialisme, theosophie, vrouwenemancipatie e.d. had aangewezen als nu juist niet het eerst-noodige voor de Inlanders, komt de heer D. van Hinloopen Labberton nu het goed recht daarvan betoogen en aantoonen dat theosophie, socialisme en emancipatie moeten behooren tot de boodschap die het westen aan het oosten brengt. De heer Buno Heslinga antwoordt dat hij alleen heeft willen waarschuwen tegen het berijden van stokpaarden en tegen de verbreiding van eenzijdige beschouwingen, terwijl er voor den Inlander nog zooveel op velerlei gebied te doen is.
Onder Uit de Groep verslagen: van een Afd.-bestuursvergadering (Batavia), waaruit vermeld moge worden, dat voorgesteld werd een protest te doen hooren tegen het werk van W.N. Willis ‘Western men and Eastern morals’; verder van een muziekuitvoering voor de leden dier Afdeeling; ten slotte van een premie aangeboden aan trouwe lezers der Volksleesgezelschappen.
Eindelijk vult nog boekbespreking twee kolommen van dit nummer.