drickx die de bespreking inleidde, wees op het nut en het belang dat de Vlamingen er bij hebben om het Nederlandsch als omgangstaal in te voeren.
27 Maart hield Luitenant Wittenberg voor een talrijk gehoor, zijn merkwaardige voordracht over ‘'s Lands Verdediging’, waarmee hij veel bijval had.
Antwerpen. In de afdeeling ‘Hooger Onderwijs voor het Volk’ zette de heer Pol de Mont 11 en 25 Jan. zijn lessen over Goethe's Faust voort. Dr. Lebeer, van Mechelen hield 21 en 28 Jan. en 11 Febr. drie lessen over ‘Kinderverzorging’, met lichtbeelden. De heer L. Rombaut sprak 20 en 25 Febr. over ‘De Zonsverduisteringen in 't algemeen’ en ‘De Zonsverduistering van 17 April 1912’, in het bijzonder, met lichtbeelden. 4 en 11 Maart handelde Dr. M. Rudelsheim over ‘Hendrik Conscience’, met lichtbeelden. 18 Maart trad de heer L. Lambrechts, van Gent, op met een voordracht over ‘Onze oude Nederlandsche liederen’, met pianobegeleiding van mevr. Lambrechts.
23 Maart, voordracht met lichtbeelden door den heer A. de Ridder over ‘Het Woonvraagstuk’.
1, 8 en 15 April gaf Dr. M.C. Schuyten drie lessen over ‘Kinderstudie’.
In samenwerking met de afdeeling ‘Liederavonden voor het Volk’ en ter herdenking van Peter Benoit's sterfdag, werd 13 Maart een concert ingericht, waaraan hun welwillende medewerking verleenden: mejuffr. Octavie Belloy, zangeres van de Vlaamsche Opera; de heeren Joz. de Klerk, zanger; Jos. Camby, violist; Jos. Hazen en mejuffr. Netty Camby, pianisten. De Liederavonden zelf traden er op, onder leiding van hun bestuurder, den heer F. Reynaers. Over Peter Benoit werd een woord gesproken door den heer Prosper Verheyden. Door een zeer talrijk publiek bijgewoond, waaronder de heer Frans van Kuyck, schepen van Schoone Kunsten der stad Antwerpen, werd opgemerkt, heeft dit concert een buitengewonen bijval behaald. Men heeft tevens algemeen de groote vorderingen kunnen vaststellen die de Liederavonden gemaakt hebben.
Den leider, den heer F. Reynaers werden 12 Maart, ter gelegenheid van zijn zilveren bruiloft, bloemen en geschenken aangeboden.
23 Febr. hield de Tak zijn jaarlijksche algem. vergadering. De onvermoeibare secr.-penningm., de heer Frans van Laar, gaf lezing van een zaakrijk verslag, dat in druk zal verschijnen. Bij de vernieuwing van de helft van het bestuur werden herkozen: de heer F. Bly, H. Melis, F. Oyen, Dr. M. Rooses, F. van Cuyck, Dr. A. van de Perre, Dr. N. van der Ouderaa, A. van Kerckhoven-Donnez, F. van Laar en Mr. E. Wildiers. Als nieuwe bestuursleden werden gekozen: de heeren Dr. Boets, R. Klop, S. Kok en Dr. V. Maes.
Charleroi. Tijdens het winterseizoen in Nov. begonnen, werden acht voordrachten, alle met lichtbeelden en acht liederavonden gehouden. Achtereenvolgens traden op: de heer Vrijdaghs, leeraar te Luik, onderwerp: Conscience; de heer De Coster, onderwijzer te Gent, onderwerp: Japan; Dr. Peremans, van Antwerpen, onderwerp: Ziekenverpleging; de heer P. Devreese, onderwijzer te Gent, onderwerp: Langs het Tirolergebergte naar Venetië; de heer O. van Hauwaert, leeraar te Gent, onderwerp: Uit het Rijk der Verbeelding; de heer A. Westendorp, onderwijzer te Gent, onderwerp: Reis door het schilderachtige Zweden; de heer L. Rombout, leeraar te Antwerpen, onderwerp: Ons Planetenstelsel in het onmetelijk hemelruim; Dr. Bolteel, van Selzaete, onderwerp: Eene reis door Noorwegen.
Een even grooten bijval als de voordrachten hadden ook de Liederavonden. Nooit waren er minder dan 80 toehoorders, gewoonlijk 100 en eens zelfs 135.
Mevr. Schmidt (piano) en M. van Langenaken (viool), de voorzitter M.R. Schmidt en de schrijver-lantaarnman K. Mariën (voorzangers) wedijverden allen om het publiek de liedjes aan te leeren, waarin zij ten volle slaagden. Mevr. Schmidt (een Waalsche dame) en mevr. Broman (een Holl. dame) droegen uitstekend Nederl. gedichten voor.
Voor het concert-gedeelte, dat op iedere voordracht volgde, zorgden steeds met de grootste bereidwilligheid de heer Schmidt (Ned. liederen), de heer Hubinon (Waalsch regent) voor de piano en de heer Van Langenaken (viool).
Allen past een woord van hartelijken dank, evenals den onvermoeibaren tweeden secretaris, den heer Teuwen.
Gent. Naar het voorbeeld van wat in Nederland gebeurt, hebben eenige jongeren van den Gentschen Tak, het denkbeeld opgevat, hier eene Jongelieden-Afdeeling te stichten. Nevens het aanwerven van nieuwe leden voor het Verbond, en het verspreiden der Grootnederlandsche gedachten, stelt de Afdeeling zich tot doel, die jongelieden vreemd aan den invloed, uitgaande van onze kringen, gehecht aan de Gentsche onderwijs-instellingen, rondom deze leden te vereenigen, opdat deze krachten niet langer voor den Vlaamschen strijd zullen verloren gaan. Aldus hopen zij eene meer uitgebreide kern van Vlaamschgezinde strijders (sters) te vormen!
De oprichtingsvergadering had plaats op 25 Maart l.l. De twee volgende zittingen, met voordrachten van: den heer Meert over Groot-Nederland, en der heeren Minnaert-De Man-Norro, muziek- en voordrachtavond, waren goed bezocht, vooral door juffrouwen.
Een goed, hoopvol, aanmoedigend begin!
Mechelen. De afdeeling ‘Hooger Onderwijs voor het Volk’, heeft onverpoosd haar werk voortgezet. Als redenaars traden nog op: Dr. Lebeer, over Kinderverzorging (4 lessen), Mr. Van Kesbeeck, over Rechtstoestanden; Dr. Maurits Sabbe, over Mathilde van Perk (2 lessen); de heer Hoedemakers, hoogstudent, over De cel en de eencellige organismen (2 lessen).
Ook had men het genoegen den heer Dr. Tack te hooren over ‘Het Abel spel Esmoreit’.
27 Febr. werd een schoone kunstavond ingericht. De heer De Heyder, deklamator uit Mechelen, droeg prachtige brokken proza en poëzie voor.
Tot voorzitter van den Tak werd benoemd de heer Frans Delvaen.
Ninove. Deze Tak richtte 16 Febr. een meeting in om den eisch der Vlamingen: Vlaamsche en Waalsche regimenten, toe te lichten.
De heeren Richard de Cneudt, Prof. Gense, Jan Wannyn en Dr. A. Borms, traden als sprekers op. De dagorde aan de Kamers, die indeeling vragende, werd door de 300 aanwezigen eenparig aangenomen.
Zaterdag 1 Maart, sprak de heer Wittenberge met veel bijval over ‘Landsverdediging’.