Neerlandia. Jaargang 17
(1913)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdBuitenlandEngeland en Nederland in Indië.Onze Londensche vertegenwoordiger schrijft:
Op het in de eerste weken van deze maand alhier gehouden Geschiedkundig Congres was ons land kranig vertegenwoordigd. Professor dr. P.J. Blok uit Leiden hield er een zeer belangrijke voordracht over de staatkundige, economische en dynastieke betrekkingen tusschen Engeland en Nederland in de jaren 1800-1813, de Amsterdamsche professor dr. T.J. de Boer las over de ontwikkeling van de godsdienstige wereldbeschouwing in de Islamietische leer en de onlangs uit Britsch Indië teruggekeerde dr. Ph.J. Vogel, onder-voorzitter van de Geschiedkundige Vereeniging te Lahore deed belangrijke mededeelingen over daar ontdekte Boedhistische oudheden. Verder waren voor het Congres overgekomen prof. dr. | |
[pagina 102]
| |
S.J. Fockema Andreae uit Leiden en zijn zoon dr. J.P. Fockema Andreae, de wethouder van Utrecht. Dan werd er nog door den jongen Engelschen geschiedkundige E.A. Benians uit Cambridge een zeer mooie beschouwing gehouden over de Nederlandsche koloniale politlek op Java, een lezing die zoowel door inhoud, vorm als stijl tot de best geslaagden van het Congres mag worden gerekend. Zeer belangrijk waren zijn vergelijkingen tusschen de Nederlandsche en Britsche wijze van koloniseeren en zonder aarzeling gaf hij toe en bewees, dat de Hollandsche wijze, waarbij de oorspronkelijke bevolking in hun regenten een zekere mate van zelfregeering en eigen vertegenwoordiging behoudt, te verkiezen is boven het Britsch-Indische stelsel van rechtstreeks regeeren over den inlander door den westerling. Deze lezing lokte een niet minder belangrijke gedachtenwisseling uit, waarin professor Blok nog even gelegenheid kreeg den bekenden Engelschen geschiedkundige, ds. George Edmundson op zijn plaats te zetten en een misverstand uit den weg te ruimen dat te lang reeds heeft bestaan. De Engelschen gaan er namelijk nogal prat op, dat de groote verbeteringen in regeeringsbeleid in Nederlandsch-Indië tijdens het tusschenbestuur door Sir Stamford Raffles zijn ingevoerd en zoo ook nu legde de heer Edmundson, die een grooten naam heeft verworven door zijn werken over Britsche en Nederlandsche koloniale geschiedenisGa naar voetnoot*) er den nadruk op dat van het door den heer Benians zoo geroemde belastingstelsel in Indië den grond werd gelegd door Raffles en dat dus eigenlijk aan een Engelschman de eer toekomt van dien belangrijken staatkundigen maatregel. Dadelijk nadat hij geëindigd had sprong professor Blok op en kwam er hoffelijk maar met groote stelligheid tegen op dat Raffles hier met iets nieuws was gekomen. Het door Raffles ingevoerde stelsel was reeds vóór hem door Dirk van Hogendorp en Daendels uitgewerkt en voorbereid. Voor de aanwezige Engelschen - en het waren er velen - was het een hard gelag hier een hunner geliefkoosde illusies te zien vervliegen, maar niemand kon de feiten bestrijden en de heer Edmundson moest zich ten slotte vergenoegen met de vaststelling van het door professor Blok glimlachend toegegeven feit dat Raffles tenminste het stelsel had tot uitvoer gebracht. Maar een nederlaag was het toch. |
|